Een kornet van 1-6 R.A. werd daartoe als waarnemer naar de steenfabriek ge zonden. De beveiliging van de stad Leiden De in de loop van 10 Mei steeds weer binnenkomende meldingen van militaire en burgerzijde omtrent Duitse militairen in auto's die de stad naderden, het op treden van parachutisten in de onmiddellijke omgeving, en de omstandigheid dat eenhoofdige leiding van de in Leiden verblijvende troepen gewenst werd geacht uit een oogpunt van commandovoering, waren oorzaak, dat C.-Groep Leiden door C.-W.Fr. werd aangewezen als stadscommandant. Hij kreeg als zo danig opdracht, de verdediging van Leiden te organiseren en zo nodig te leiden. Hij liet de daarvoor in aanmerking komende bruggen, voor zover deze toegang gaven tot de binnenstad, ophalen of opendraaien en bepaalde, dat op de halve en hele uren verkeer daarover mocht worden toegelaten, waarbij controle werd uit geoefend. Alle overige bruggen werden volkomen afgesloten door middel van betonnen rioolbuizen, gevuld met zand, en prikkeldraadversperringen, met dien verstande, dat op drie plaatsen, n.l. in de dubbele versperring nabij het Noordeinde, bij de Hoge Rijndijk en in de Steenstraat een doorrit werd gelaten ten behoeve van het gecontroleerde verkeer. Verder deed hij alle vaartuigen, gelegen in de singels, verzamelen in het Galge water bij het stafkwartier. Een motorboot werd gebruikt voor patrouilletochten door de stadsgrachten. Tevens werd een verkeersregeling ontworpen voor doorgaand verkeer van 's-Gravenhage naar Utrecht, van Utrecht naar Haarlem en van Haarlem naar 's-Gravenhage en omgekeerd. De stad werd verdeeld in een noordhelft en een zuidhelft met als scheidingslijn Hoge Woerd, Breestraat en Noordeinde, dus even zuid van de Oude Rijn. In de noordhelft werden de beschikbare depottroepen der artillerie ingezet, in de zuidhelft die der infanterie. Er werden wachten geplaatst bij de bruggen en bij enige belangrijke gebouwen, zoals het telegraaf- en telefoonkantoor, het electriciteitsbedrijf enz.; tussen de bruggen werd gepatrouilleerd. Bij de wacht aan het Noordeinde was een vuur mond van 7 veld ingedeeld, met als taak het onder vuur nemen van eventueel doorgedrongen vijandelijke pantserwagens en autobussen. Aan personeel beschikte C.-Gr.Leiden over: Troependetachement W.Fr. ter sterkte van bijna 200 man. Troependetachement Gr.L. ter sterkte van ruim 70 man. 1,2,3,7-10 Dep.Bat. ter sterkte van ruim 700 recruten. 1,2,3,7-15 Dep.Bat. ter sterkte van ruim 600 recruten. 1,2,3,7-22 Dep.Bat. ter sterkte van ruim 750 recruten. 1,2,3,4-5 Dep.Afd. B.A. ter sterkte van ruim 750 recruten. Bovendien werd, voor zover de andere opgedragen taken zulks toelieten, hulp 242

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1954 | | pagina 260