verleend door de te Leiden gelegerde 6e Depotcompagnie geneeskundige troepen (282 man) en de le Compagnie A.A.T. (min twee sectiën) (60 man). Gevechtsacties deden zich op 11 Mei niet voor. Wel werden, naar aanleiding van later onjuist gebleken meldingen betreffende gelande parachutisten in de om geving van de stad, patrouilles uitgezonden, o.a. naar De Vink, in de richting van Zoetermeer, naar Oegstgeest enz. In de namiddag, omstreeks 17.30, werd in de westrand van de stad abusievelijk een autobus met krijgsgevangen Duitse officieren onder vuur genomen, waarbij een dezer werd gedood en een aantal anderen verwondingen opliepen. Het Neder landse bewakingspersoneel leed daarbij wonder boven wonder geen verliezen. II Dep.B.A. Het te Voorschoten gelegerde II Dep.B.A. droeg zorg voor de beveiliging van dit kantonnement door het vormen van een zevental detachementen, welke op de toegangswegen werden opgesteld en tevens patrouilles uitzonden. De sterkte der detachementen varieerde van 20 tot 70 man. Bijzonderheden deden zich niet voor. Het optreden van de troepen te Wassenaar en omgeving Op het einde van de eerste oorlogsdag waren de troepen te Wassenaar, Den Deijl en Maaldrift, op aanwijzing van C.-l R.H.M., die op 10 Mei 17.00 II en III-l R.I. op last van C.-Vg.H. onder zijn bevel nam, tot legering overgegaan ter plaatse waar zij zich op dat ogenblik bevonden. Elk onderdeel droeg zorg voor eigen be veiliging, terwijl bij de meest blootgestelde compagnieën en eskadrons de auto matische wapenen in stelling bleven en door piketten weiden bemand. In de richting van de Haagse Schouw namen de M.C. (min twee sectiën) van II-l R.I. te Maaldrift, 4-Dep.Bat.Gr. in het bedekte terrein bij Zuidwijk en 6-3 R.H. te Den Deijl a cheval van de autoweg, vooruitgeschoven opstellingen in. Daarachter te Den Deijl legerden St.-II-l R.I., 2-II-1 R.I. (min de 2e Sectie), 3-II-1 R.I. (min le en 2e Sectie), terwijl III-l R.I. aan de west- en noordzijde van Wassenaar was ondergebracht. De le en 2e Sectie van 3-II-1 R.I. bevonden zich respectievelijk bij de Watertoren van Wassenaar en bij de Uitzichttoren nabij de wegvork Katwijkse weg-Wassenaarse Slag. In de loop van de nacht, kort na 3.00, kwamen de twee bij de Haagse Schouw achtergebleven sectiën van M.C.-II-l R.I. te Maaldrift aan, tezamen met de keukentrein van II-l R.I. en de sectie van 1 C.Pag. welke voor dit bataljon was bestemd. C.-22 Dep.Bat., die optrad als C.-II-l R.I., had in verband met het niet ter 243 (Zie schets/kaart Nr. 16) l) Dat C.-l R.I. met zijn staf te Oegstgeest (Oud Poelgeest) bleef, is begrijpelijk, aangezien hij over geen enkel bataljon meer beschikte en nog slechts 1 C.Mr., C.-l C.Pag. (zonder de sectiën) en 1-6 R.A., alles te Oegstgeest, onder zijn bevel stonden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1954 | | pagina 261