plaatse zijn van de keukentrein, reeds voordien brood en koffie uit Leiden doen aanvoeren naar de Maaldrift. Van 1 R.H.M. bleef gedurende de nacht van 10 op 11 Mei tot 3.30 het 2e Eskadron (min een peloton) opgesteld aan de N.O.rand van Wassenaar tussen de autoweg en de Zijlwetering, rechts aangeleund aan 6-3 R.H. Eén peloton sloot ter hoogte van Rodebuurt de kunstweg naar Katwijk en naar de Wassenaarse Slag af. Het M.E., waarbij zich in de loop van de nacht nog een sectie aansloot, het es kadron pag. en de sectie mortieren legerden te Wassenaar in de omgeving van de cp. van C.-l R.H.M. (Gemeentehuis De Pauw). C.-l-l R.H.M. en twee pelotons van dit eskadron bereikten Wassenaar in de loop van de nacht en gingen tot legering over. Van de overige te Wassenaar aangekomen onderdelen bezette 5-Dep.Bat.Gr. (min twee sectiën) de N.O.rand van het dorp tussen de Zijlwetering en de kunst weg naar Katwijk ter hoogte van Oostdorp, zodat rechts en links aansluiting be stond aan delen van 2-1 R.H.M. Bovendien bevonden zich van deze compagnie enige groepen in het terrein Duinrel en een sectie bij de Kievit, ter bewaking van het daarheen verplaatste materieel van het luchtvaartbedrijf. 6-Dep.Bat.Gr. (min een sectie) nam stelling aan de Storm van 's-Gravenzande- weg, ter hoogte van de oprijlaan naar huize Duin Rel en patrouilleerde in het bedekte terrein. Een sectie van 5-Dep.Bat.J. bezette de wegenvork 350 m meer noordelijk, doch werd op 11 Mei 3.30 op bevel van C.-Vg.H. per auto naar 's-Gravenhage (Haagse Bos) aangetrokken. Tenslotte beveiligde een sectie van 22 Dep.C.B.T. de telefooncentrale te Wasse naar, terwijl de rest van het teruggetrokken „Detachement Wassenaarse Slag" van 4 Res.G.C. zich had aangesloten bij de le Sectie van 3-II-1 R.I. bij de Watertoren. Op 11 Mei 3.30 ontving C.-l R.H.M. van C.-Vg.H. bevel, 6-3 R.H., 2-1 R.H.M. en M.E.-l R.H.M. naar 's-Gravenhage te zenden als bewegelijke reserve (zie blz. 207). Nadat, voorzover zulks door C.-l R.H.M. nodig werd geacht, aflossing had plaats gehad, vertrokken deze onderdelen. Ongeveer tezelfdertijd zou C.-III-l R.I. van C.-l R.I. bevel hebben ontvangen, de reeds op 10 Mei gelaste opmars naar 's-Gravenhage voort te zetten. 2) Dit bevel is niet tot uitvoering gekomen, aangezien het enige tijd later werd gevolgd door een nieuw bevel van C.-l R.I., gericht aan C.-II-l R.I. en C.-III-l 244 0 Een deel van dit eskadron bevond zich nog te Bleiswijk. 2) C.-III-l R.I. vermeldt niets omtrent de ontvangst van dit bevel, hetwelk volgens C.-l R.I. omstreeks 3.30 moet zijn verzonden. Vermoedelijk is het, voordat het werd ontvangen of daaraan een begin van uitvoering kon worden gegeven, achterhaald door het om 4.45 door C.-l R.I. ver zonden bevel, dat omstreeks 7.00 in handen kwam van C.-II-l R.I. Zoals zal blijken, gaven zowel C.-l R.I. als C.-l R.H.M. op 11 Mei opdrachten en bevelen aan beide bataljonscommandanten, zodat de vraag gewettigd is, of de door C.-Vg.H. gelaste wijziging in de bevelsverhoudingen wel ter kennis is gekomen van C.-l R.I., C.-III Div. en C.-I L.K. (zie ook noot 1 op blz. 245).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1954 | | pagina 262