Hij droeg deze op 12 Mei 6.00 op, het Rijnfront tussen de brug in de Zandlaan en de steenfabriek (700 m noord van de Haagse Schouw) zodanig te doen bezetten, dat een vijandelijke overgang door vuur kon worden belet. Tot dit doel kon C.-22 Dep.Bat. beschikken over de nog niet elders ingezette manschappen van zijn bataljon (totaal 65 man van de 3e Compagnie, waarbij een zware mitrailleur), een sectie van 10 Dep.C.B.T., en het door hem nodig geachte personeel en materieel van de instructiebatterij van 7 veld en de Dep.Afd.R.A. Nog voordat C.-22 Dep.Bat. aan deze opdracht een begin van uitvoering had kunnen geven, had C.-instructiebatterij 7 veld een poging ondernomen om met een afdeling ter sterkte van 40 man door te dringen tot de pannenfabriek op de oostelijke Rijnoever, vlak tegenover het dorp Valkenburg. Hoewel deze poging gesteund werd door vuur van M.C.-I-9 R.I. (min twee sectiën) moest zij worden opgegeven wegens het hevige vijandelijke vuur uit de rand van het dorp, waardoor een man gedood en een gewond werd. Na deze mislukte actie verspreidde zich het gerucht, dat de vijand tussen Valken burg en Rhijnzicht naar de noordoever van de Oude Rijn was overgestoken en oprukte naar de Leidse weg. C.-Dep.Afd.R.A. zag in dit gerucht aanleiding, een verdedigend front te vormen langs de autoweg, ter weerszijden van het viaduct west van Oegstgeest. Bij dit viaduct en west daarvan bevond zich reeds personeel van de le Batterij, een stuk 7 veld (onder het viaduct) en twee sectiën van 15 M.C. Hij liet nu ook nog de te zijner beschikking gestelde sectie van 10 Dep.Bat. daarheen aantrekken. Aan C.-2e Batterij droeg hij op, met zijn personeel, en de andere twee sectiën van 15 M.C., die zich in de west- en zuidrand van Endegeest bevonden, op te rukken naar de autoweg en de opstelling van de le Batterij naar het zuiden te verlengen. C.-22 Dep.Bat., die in de loop van de dag te Rijnsburg aankwam, nam de vol gende maatregelen. Hij plaatste de sectie van 10 Dep.C.B.T. in de W. en Z.W.rand van Rijnsburg, met de rechtergroep aan de Zandlaan, 500 m oost van de Rijnbrug, en de beide andere groepen tussen de Zandlaan en de weg Rijnsburg-Valkenburg. Aan laatstgenoemde weg en ter weerszijden daarvan, ongeveer 400 m noord van de knik in die weg, vormde M.C.-I-9 R.I. (min twee sectiën), waaraan de zware mitrailleur van 3-22 Dep.Bat. werd toegevoegd, een zeer krachtige vuur- afsluiting. Tussen laatstgenoemde opstelling en de Leidse weg, 400 m noord van de zijweg naar het viaduct, deed C.-22 Dep.Bat. twee groepen van de instructiebatterij en twee groepen van 3-22 Dep.Bat. stelling nemen, zodat aanleuning ontstond aan de le Batterij van de Dep.Afd.R.A., west van het viaduct. Verder naar het zuiden werd de afsluiting bij Veldheim en de Steenfabriek gevormd door personeel onder C.-10 Dep.Bat. C.-22 Dep.Bat. en C.-3-22 Dep.Bat. vestigden hun cp. te Rijnsburg (Flora). C.-II Dep.Inf. bracht de door hem getroffen maatregelen ter kennis van C.-III Div., van wie hij ook op deze dag geen enkele aanwijzing ontving. 279

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1954 | | pagina 297