Tijdens het naar buiten brengen van de trekkers en de vuurmonden, die in de W.S.M.garage te Loosduinen waren ondergebracht, werd omstreeks 5.00 van een luitenant-vlieger vernomen, dat bij Ockenburg parachutisten waren afgesprongen en dat alleen een zeer snel Nederlands optreden het verlies van het vliegveld nog zou kunnen voorkomen. Op dat ogenblik was de Comp. nog niet geheel marsvaardig. De C.C. gelastte echter aan de commandanten van de reeds gereed zijnde stuk ken hem te volgen en vertrok zelf per motor met zijspan in de richting van het vliegveld. Tijdens de verplaatsing daarheen, waarbij tenslotte een viertal stukken gehoor gaf aan de roep van de C.C., nam deze waar, dat Duitse vliegtuigen op Ockenburg landden. 2) Aangezien bij het Pieter de Hooghplein het terrein in 's vijands richting meer open werd en enig mitrailleurvuur werd ontvangen, liet de C.C. aldaar halt houden en de stukken afleggen, waarna hij zelf verder ging in de richting van het vliegveld tot ter hoogte van het Zwarte weggetje, waar hij zich dekte. Van de vier tot het Pieter de Hooghplein opgerukte stukken, werden twee, onder leiding van een luitenant S.C., die nachtdienst had gehad op de regiments-cp. en na aflossing snel was gevolgd, afgelegd en aangetrokken tot op enige afstand van de opstellings plaats van de C.C. De begroeiing langs het Zwarte weggetje was oorzaak dat het vliegveld zelf niet kon worden ingezien; men zag echter wel de talrijke op het veld neerstrijkende vliegtuigen. Op deze werd door een der stukken enige malen gevuurdde opstel lingsplaatsen der overige drie leenden zich blijkbaar niet tot vuuropening, aange zien geen dezer St.Cn. een vuuropdracht ontving of op eigen verantwoording het vuur deed openen. Bij deze stukken werd volstaan met het onder karabijn- en pistoolvuur nemen van de laag overvliegende Duitse toestellen, die dit vuur op hun beurt met mitrailleurs beantwoordden. Na enige tijd werd ook mitrailleurvuur ontvangen uit de richting van het vlieg veld Ockenburg. De kogels sloegen benauwend dichtbij in en C.-47 C.Pag. kreeg bovendien de indruk dat de vijand west van de Kijkduinse straat in Z.richting oprukte, waardoor de compagnie gevaar liep te worden afgesneden van Loosduinen. Hij besloot daarom (omstreeks 5.45) terug te gaan in de richting van de kom van dit dorp en gaf de luitenant van St.-R.Gr., die met enig personeel en twee zware mitrailleurs van 1 M.C. aan het Zwarte weggetje in stelling was gekomen, in overweging evenzo te handelen. Tijdens het keren van de trekkers en het aanhaken der vuurmonden werd een sergeant door vijandelijk vuur getroffen. Overigens bereikten de vier stukken zon- 61 1) Volgens het door C.-47 C.Pag. ingediende verslag, lag het in diens voornemen, in de nacht van 9 op 10 Mei een alarmoefening te houden en was dat doorgedrongen tot het personeel. Aan deze omstandigheid schrijft C.-47 C.Pag. het toe, dat zijn Comp. op 10 Mei zo snel voor de afmars gereed was. Niettemin is tussen de alarmering en laatstbedoeld tijdstip zeker nog een uur ver streken. 2) Dit moet dus na 5.20 zijn geweest. Van de zes stukken van 47 C.Pag. waren twee, waarvan één defect, in de W.S.M.garage te Loosduinen achtergebleven.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1954 | | pagina 79