waarvoor voor de rechtstreeks onder de O.L.Z. gestelde commandanten ver schillende persoonlijke sleutelwoorden werden vastgesteld. Dit werd nader uit gewerkt, hetgeen hier buiten beschouwing kan blijven. Deze order is daarom van zoveel betekenis, omdat, toen de O.L.Z. op 14 Mei moest capituleren, vele commandanten dit niet hebben willen geloven. Zeer veel indruk maakte het bericht, dat H.M. de Koningin en de Regering naar elders waren uitgeweken. De Proclamatie, die H.M. de Koningin naar aanleiding daarvan tot het volk richtte, is als Bijlage A. VIII opgenomen. De O.L.Z. deed daarop op 14 Mei eveneens een Proclamatie uitgaan, die is op genomen als Bijlage A. IX. Uit de berichten, die de C.V. in de vroege morgen van 14 Mei bereikten, bleek, dat de vijand de terugtocht feitelijk niet had gehinderd, zodat deze tegen de ver wachting als geslaagd kon worden beschouwd. Daar er op het H.K.V. echter onvoldoende inzicht in de toestand en de juiste groepering van de op het Oostfront aangekomen grote eenheden bestond, werd een kapitein van de generale staf naar de legerkorpscommandanten gezonden, om de toestand op te nemen. Deze kapitein kwam te ongeveer 9.00 op de cp. van C.-II L.K. te Jaarsveld aan Hij vond de generaal in een zeer gedeprimeerde toestand, terwijl de chef van de staf de toestand nog geheel beheerste. Na de nodige inlichtingen te hebben ingewonnen, meende de kapitein, dat hij, alvorens zijn opdracht verder uit te voeren, eerst de C.V. omtrent de toestand van C.-II L.K. moest gaan inlichten. De C.V. was nu, mede op grond van zijn indrukken van de vorige dagen, van oordeel, dat vervanging van C.-II L.K. in zijn commando noodzakelijk was. Hij vroeg en verkreeg daartoe machtiging van de O.L.Z. en deelde aan C.-II L.K. mede, dat hij, in verband met zijn uiterst vermoeide toestand, het bevel over het II L.K. moest overgeven aan C.-II Div. In diens plaats werd de voorm. T.B.O. aangewezen als C. van II Div. Uit de gegevens, die de uitgezonden kapitein medebracht, bleek, dat het moreel van IV Div. totaal was gebroken. Van 8 R.I. was nog slechts een handje vol mensen over, terwijl van 19 R.I. slechts delen van het Ille Bataljon aanwezig waren. 1-8 R.A.'had nog 2, III-8 R.A. geen vuurmonden meer; vrijwel alle bespanningen van deze beide Afdelingen waren echter aanwezig. 1-12 R.A. had één stuk verloren, doch stond in stelling. 1-15 R.A. had één stuk verloren, 11-15 R.A. had geen ver liezen geleden; beide Afdelingen stonden in stelling Onderdelen van IV Div. bevonden zich op het Lekacces ten N. van de Lek. 89 l) Deze cp. was het St.K. van C.-Groep Lek. Het St.K. van C.-II L.K. was gevestigd te Lopik. In het thans door II L.K. bezette vak lag Jaarsveld geheel op de vleugel Dit bericht was in zoverre onjuist, dat 1-12 R.A. geen, 1-15 R.A. één stuk door vijandelijk vuur had verloren en twee stukken onderweg was kwijtgeraakt, die in een sloot waren gereden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1955 | | pagina 113