De bataljons in de hws. waren verdeeld over de frontlijn en de stoplijn. De stoplijn was verdiept in het vak van 11-15 R.I. door 3e Comp. en 5 zw.mitr. van 1-15 R.I., die onder rechtstreeks bevel van C.-15 R.I. stonden. De cp. van C.-15 R.I. bevond zich in het boerderijencomplex Landaas. Zij werd beveiligd door drie groepen van 1-15 R.I. Dit laatste bataljon had dus onderdelen bij de voorposten, 111-15 R.I., stoplijn van 11-15 R.I. en cp.-C.-15 R.I.bovendien was een sectie belast met de bewaking van een aanvullingsplaats voor munitie. Bij 15 R.I. heeft op deze dag geen aanraking met vijand plaats gehad. Wel is op een onjuiste mededeling van de voorposten door C.-15 R.I. een vuur voor die voorposten aangevraagd en afgegeven door III-4 R.A. De Duitse aanval op 11 Mei had het volgende verloop. De 227e Divisie begon met IJsselovergang en zond in de loop van 11 Mei snelle troepen vooruit naar Barneveld. De 207e Divisie overschreed met het gros de IJssel bij Westervoort. Het S.S. regiment had op 10 Mei de opdracht, de vóórstelling van de Grebbelinie te door breken, onmiddellijk, zo mogelijk te zamen met de terugtrekkende Hollandse voorposten in het bruggenhoofd de Grebbe na te stoten, over de Sluisbrug door te breken en de Grebbeberg te nemen, om vervolgens het bruggenhoofd in het gebied N.W. van Rhenen te verbreden en dit vast te houden. Het regiment was op 10 Mei echter niet verder gekomen dan Renkum. Het ontving voor 11 Mei de opdracht om te 7.50 in de richting Wageningen aan te vallen, de vóórstellingen in de Grebbeberg te nemen en zich in het bezit van de Grebbeberg te stellen. De aanval op de voorposten voor de Grebbeberg werd op 11 Mei uitgevoerd met de steun van 4 Afdelingen artillerie. De divisie bestond, afgaande op de beschikbare gegevens, en voor zoveel van belang, uit: St.K., S.S.regiment (waarin een Afd. art., nl. II/S.S.A.R.), I.R.322, I.R.368, I.R. 374, A.R. 207 (vier afdelingen), IV/A.R. 256 (min 12)x) en III/A.R. 311, 3/II Flak. 241, Aufkl.Abt., Panzerabw. Abt., Pionierbat. De twee IVe Afdn. art. bevatten drie batterijen van 15 cm, de overige Afdn. drie batterijen van 10 cm hw. Terwijl het S.S.regiment de aanval uitvoerde, rukten I.R.368 met I/A.R.207 en kleinere onderdelen als Korpsreserve op naar Ede met de opdracht, te ver kennen en de inzet voor te bereiden zowel in de richting van de Grebbeberg (met voorrang) als in de richting Veenendaal en Z.W. daarvan. Nog in de avond van 221 4. De DUITSE aanval op 11 Mei 1940 (Zie blz. 84-87) 0 A.R. 256 behoorde tot 256e Div., die over Gennep aanviel. Van de IVe Afd. (10, 11 en 12 Bt.) was 12 Bt. gedetacheerd bij 227 Div.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1955 | | pagina 247