binnengekomen met een verward verhaal, doch dit was niet geloofd, daar alle vluchtelingen overdreven mededelingen hadden gedaan. De sergeant-toegevoegd van C.-2-III-8 R.I., die eveneens was aangekomen, was de kluts kwijt en het is twijfelachtig of C.-2-III-8 R.I. zelf, die zich in de kelder had opgesloten, per soonlijk de B.C. heeft ingelicht. C.-I-8 R.I. had echter wel de indruk, dat de vijand hier en daar was doorge drongen en dat een overval mogelijk was en had daarom rondom zijn cp. een kring van posten geplaatst. Geleidelijk was enige rust ingetreden en de staf, met de vluchtelingen, die op de cp. waren teruggetrokken, was in de morgen in drie groepen opgesteld, t.w. in het woonhuis van de eigenaar van Ouwehands Dieren park (met daaronder de kelder, die feitelijk de cp. van C.-I-8 R.I. was en waarin zich C.-2-III-8 R.I. en andere gewonden bevonden), voorts in en om een paviljoen bij de kunstweg, waaronder zich een kelder met de telefooncentrale bevond en ten slotte in hotel de Grebbeberg bij de wegsplitsing van kunstweg en Heimersteinschelaan, waar eveneens een kelder was en waarin zich personeel van de Vbd.A. en een aantal teruggetrokken militairen bevonden. Er was geen telefoonverbinding meer met C.-8 R.I. en de toestand was zo, dat een ordonnans van C.-8 R.I. uren lang nodig heeft gehad, om in de omgeving van de cp. te komen, onderweg in handen van de Duitsers viel, na enige tijd wist te ontvluchten en aldus zeer vertraagd C.-I-8 R.I. bereikte. II-8 R.I. In de tussenverdediging tussen de gevallen frontlijn en de stoplijn waren de le en 2e Sectie van de le Compagnie en de koepels G. 26, G. 27 en G. 28 nog intact. G. 29 was op last van C.-2e Comp. ontruimd en hier en daar was personeel uit de frontlijn aangekomen of doorgetrokken naar het westen. De nacht verliep betrekkelijk rustig en van de Duitsers merkte men weinig. Noch bij de le Sectie, noch bij de cp. van C.-le Compagnie had men iets bemerkt van het komen en gaan van 6-4 R.H. Zoals reeds is medegedeeld, had C.-2e Compagnie met zijn 2e Sectie, de uit de frontlijn teruggetrokken le Sectie en de 2e Sectie zw.mitr. (koepels G. 29, G. 30 en G. 31), zonder aangevallen te zijn, de tussenverdediging te ongeveer 22.15 ontruimd, zodat de aansluiting tussen de le Compagnie en 111-19 R.I. was komen te vervallen. In de stoplijn van dit bataljon was de volgende toestand ontstaan. In het vak, gecommandeerd door C.-16 M.C., oorspronkelijk bezet door een sectie van de 3e Compagnie, twee sectiën van 16 M.C. en een stuk van de le Sectie van 19 C.Pag., waren twee lichte mitrailleurs niet in werking te brengen geweesthet stuk pag. was reeds op 11 Mei verdwenen x) en in de morgen van 12 Mei vervangen door het stuk van 11 C.Pag. uit de frontlijn, dat van daar, uit hoofde van het van achteren invallende vuur, was teruggezonden. In het vak, gecommandeerd door C.-3e Compagnie, oorspronkelijk bezet door 303 De stukscommandant was des morgens door de krijgsraad te velde ter dood veroordeeld en gefusilleerd.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1955 | | pagina 329