eerst naar C.-10 R.I. om te informeren naar de plaats van de cp. van C.-II L.K. Aldaar bevond zich toevallig de officier van de staf van C.-II L.K., die een schrifte lijk bevel voor het doorzetten van de aanval moest overbrengen. Dit bevel, voorzien van het tijdstip van afzending 13.15 luidde: De majoor nam deze officier mede naar C.-29 R.I. en als resultaat van de daarop gevolgde bespreking besloot C.-29 R.I., nog niet aan te vallen, doch naar C.-10 R.I. te gaan en deze om versterking te vragen, al waren het maar enkele compag nieën, ten einde daarmede zijn troep weder ten aanval te kunnen voeren. C.-10 R.I. kon aan zijn verzoek niet voldoen, daar hij een bevel voor de terug tocht had ontvangen. Hij deelde C.-29 R.I. het beloop mede van de stelling, die onder bevel van C.-I-19 R.I. was ingenomen en die nu zijn zuidelijke flank moest dekken tijdens de terugtocht. C.-29 R.I. reed terug naar kp. 28 en besloot niet meer aan te vallen, doch na het invallen van de duisternis zijn troep op die stelling terug te nemen 1). Daar de troep nog niet gegeten had, zond hij zijn wd. luitenant-adjudant naar Amerongen om brood te halen, hetgeen maar gedeeltelijk gelukte. Hij wilde daarna C.-10 R.I gaan inlichten omtrent zijn besluit, gaf het bevel over aan C.-I-20 R.I. en begaf zich naar de cp. van C.-10 R.I., die hij verlaten vond. Hij reed nu wederom terug naar kp. 28. Aldaar bestond de indruk, dat de Duitsers zich op verschillende punten in het terrein en op de vleugels bevonden en C.-29 R.I. besloot, langzaam te doen terug trekken op de stelling nabij Bergzicht en gaf hiertoe bevelen aan C.-III-29 R.I. en vermoedelijk ook aan C.-II-24 R.I., doch C.-I-20 R.I. was tijdelijk afwezig en kwam eerst na het terugtrekken weder bij zijn bataljon. C.-29 R.I. deelde (althans volgens C.-III-29 R.I.) mede, dat versterkingen zouden komen en de keukenwagens zouden worden toegezonden en dat de troep deze stelling gedurende de nacht wel kon houden 2). Na aankomst in die stelling vertrok hij en de B.Cn verklaren, dat zij daarna geen bevelen meer van hem hebben ontvangen. Vermoedelijk is hij op zoek gegaan naar C.-Brig. B of C.-II L.K. en is hij in de reeds aangevangen algemene terugtocht terecht gekomen. 434 „Duitsche troepen zijn doorgedrongen ter hoogte van pi. 25 aan spoorweg Rhenen-Amersfoort, bedreigen troepen op Grebbeberg met afsnijding en den rechtervleugel van IV Div. te doen ineenstorten. Zet aanval in richting Grebbesluis onmiddellijk met maximum kracht en snelheid door. Het behoud van de stelling hangt van Uw aanval af. Duitschers waarschijnlijk vrij zwak, doch brutaal en doortastend." Hoe de stemming in de troep was, kan blijken uit een eigenaardig voorval, dat zich zo juist had afgespeeld. Op een bepaald ogenblik meende men, dat de Duitsers oprukten, omdat geschiet uit verschillende richtingen hierop scheen te wijzen. Een luitenant en een sergeant leidden een spreekkoor dat luidde: „Wir wollen kapitulieren". Een witte lap was aan een boom bevestigd. Een kapitein maakte hier een einde aan en zou, zonder tussenkomst van C.-I-20 R.I. de luitenant hebben gefusileerd. Een andere luitenant liep, met een witte vlag zwaaiend, in de richting van de Duitsers. Toen er met een mitrailleur op hem werd geschoten, liet hij zich intijds vallen en viel later in handen van de Duitsers. 2) Waarop hij dit grondde, is niet bekend.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1955 | | pagina 460