dat de troep langzamerhand veel meer dan de organieke uitrusting bij zich had
en ook de hoeveelheid particuliere goederen zeer was uitgebreid.
Ten slotte waren de stellingen niet zonder enige voorbereiding geschikt, om
daarin langdurig te verblijven. Zo moest stro naar de schuilplaatsen worden ver
voerd en moesten levensmiddelen in de stellingen worden opgeslagen. (In de
legeringsrayons der grote eenheden waren noodvoorraden levensmiddelen opge
slagen). Ook moest extra munitie, welke in het gebied van het Veldleger was
opgeslagen, naar de munitiedepots worden vervoerd.
Een en ander had er toe geleid, om, evenals voor de grenstroepen, ook voor de
stellingtroepen een aantal graden van strijdvaardigheid vast te stellen, waarvoor
door de C.V. in grote trekken was vastgesteld, welke maatregelen dienden te
worden genomen, terwijl deze door de ondercommandanten waren uitgewerkt en
in memories vastgelegd.
De graden van strijdvaardigheid waren de volgende x).
Graad 1. Normaal.
Graad la. Periodieke verloven werden ingetrokken of niet meer verleend. (Het
stond niet vast, of dit bevel aan Graad 2 zou voorafgaan).
Graad 2. Normaal, uitrukken in veldtenue.
Graad 2a. Kantonnementen voor de stelling ontruimen, wegen afsluiten, lichte
troepen verplaatsen. (Dit bevel zou volgen op, of gelijktijdig worden
gegeven met dat, bedoeld onder 2. De mogelijkheid bestond, dat het
verplaatsen der lichte troepen afzonderlijk zou worden gelast, los van
de overige maatregelen).
26
Zo ruim mogelijke legering vóór, in en achter de stellingen.
Ontpakte munitie moest worden gepakt en zo nodig aangetrokken.
Dagelijks moest in volledige veldtenue worden uitgerukt, zodat de troep van de plaats, waar
zij verbleef, naar de stelling kon worden gedirigeerd.
Voorts was een aantal maatregelen opgesomd, die voorbereidingen inhielden voor onder 2a
genoemde handelingen.
De lichte troepen moesten zich gereed houden voor het uitvoeren van de onder 2a genoemde
verplaatsingen.
Gedurende de nacht en op Zon- en feestdagen moest snelle alarmering mogelijk zijn en uit
rusting en bepakking gereed liggen.
De vóór de stelling gelegerde troepen moesten teruggenomen worden tot achter de lijn der
voorposten.
Alle goederen, waaraan in de stelling geen behoefte bestond, moesten worden ingenomen.
De naar de stelling voerende wegen moesten door troepen worden afgesloten, terwijl de hinder
nissen zodanig moesten worden gesloten, dat het verkeer onder toezicht kon worden doorgelaten.
4 R.H. zou met het gros verplaatst worden naar Ede e.o., onder achterlating van de strikt nodige
organen aan het Apeldoorns kanaal en enkele vooruitgeschoven organen te Arnhem.
1 R.H. zou, voor zoveel daar niet reeds aanwezig, verplaatst worden naar Harderwijk, onder
achterlating van de nodige organen voor het tot stand brengen van de vernielingen aan het Apel-
doornsch kanaal.
Slechts de hoofdinhoud van hetgeen bij elke nieuwe toestand moest geschieden, wordt hier
vermeld.