Opstelling en indeling van de VII Ie Divisie Het stellinggebied van VIII Div. was het sterkst ten Z. van de kunstweg Oud- Leusden-Hamersveld. Deze weg en de kunstweg van 't Heihuis over Bavoor en Leusbroek naar Voskuilen kruisten de stelling in dit deel van het divisievak. De frontlijn werd door vrij goede inundatiën gedekt. Bij Asschat was de Ve kom reeds in September 1939 geïnundeerd, nadat de nodige terrein-opruimingen hadden plaats gehad, terwijl de zuidelijk en noordelijk daarvan gelegen inundatiën in November 1939 waren gesteld. In het stellingterrein zelf was diepteverdediging in een drietal lijnen mogelijk, nl. de frontlijn, de weg Woudenberg-Leusbroek-Hamersveld en de rand van het bedekte terrein in de lijn de Treek-Bavoor. Deze bedekte terreinen leverden ook de aangewezen plaats voor artillerie stellingen op, die daardoor op gemiddeld 3 km achter de frontlijn kwamen te liggen. Een bezwaar van dit stellinggebied was, dat tussen de kunstweg Zeist-Wouden- berg en de spoorweg Bilthoven-Amersfoort slechts de kunstweg van Soesterberg over Oud Leusden naar Hamersveld de verbinding naar achteren vormde en dat het terrein achter de stelling werd gevormd door de Leusderheide en de daaraan grenzende bossen. Het noordelijk deel der stelling werd geheel beheerst door Amersfoort, dat, evenals elke stad, voor krachtige verdediging in de diepte veel troepen eiste (die er niet waren), terwijl slechts door ingrijpende maatregelen diepteverdediging, met schootsvelden voor elke verdedigingslijn, mogelijk zou zijn geweest. De frontlijn volgde in algemene zin de liniedijk van de oude Grebbelinie. Het afwateringskanaal van de Gelderse Vallei was echter ten O. van die linie aangelegd van Asschatterdijk over Krakhorsterverlaat en 't Scham naar een punt één km ten W. daarvan en eveneens van even ten O. van de Liendertsche weg tot ten W. van de kunstweg naar Ham, waar dit kanaal bij het voorm. werk aan de Glashut de Eem bereikte. De frontlijn was op deze plaatsen naar voren gebracht. De stoplijn, die ongeveer de Heiligenbergerbeek volgde, liep hier noodge dwongen dicht achter de frontlijn en door Amersfoort achter de stadsgracht, zonder schootsveld. Een goede verdedigingslijn voor divisie-reserves was hier niet. Vermeestering van Amersfoort door de Duitsers moest de val van het overige deel van de stelling ten gevolge hebben. Een doorlopende voorpostenstrook voor de gehele stelling was niet aanwezig. Voorposten bevonden zich, zoals hiervóór reeds medegedeeld, bij de Roffelaars- kade, Asschat en Gr. Stoutenburg in min of meer droogblijvende accessen door de inundaties en voorts in de lijn kp. 50 aan de spoorweg Amersfoort-Apeldoorn, west langs Hoevelaken naar kp. 25 aan de spoorweg Amersfoort-Nijkerk, aan sluitende aan de voorposten van VII Div. Dit laatste gebied vormde het voornaamste aan vakgebied voor de vijand op Amersfoort, daar de terreinen hier wel op verschillende plaatsen dras waren, doch niet geheel onder water stonden. 505

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1955 | | pagina 531