sectie tirailleurs bij het regiment teruggekeerd. De sectie van 5 M.C. was echter per auto naar 's Gravenhage vertrokken. x) De beide bruggen te Heusden waren op bevel van C.-3-2 R.H. op 11 Mei te 14.30 door het dekkingsdetachement vernield, terwijl de militaire jukbrug te Drongelen op 11 Mei tussen 1.00 en 5.00 werd vernield. De beide bruggen te Zalt-Bommel werden 11 Mei te 13.00 op last van C.-III L.K. door het brugdetachement Nr. 3 van Bat. spoorwegtroepen opgeblazen, waarna dit detachement naar Utrecht vertrok. Vermelding verdient nog, dat C.-III L.K. opdracht heeft gegeven, in het land van Maas en Waal ten westen van de Maas-Waalstelling inundaties te stellen en dat hieraan een begin van uitvoering is gegeven door de Dijkgraaf van Maas en Waal (de burgemeester van Appeltern). Op 14 Mei is de waterinlaat echter weer gestopt. b. DE VERDEDIGING OP 12 MEI 1940 Brigade A is behandeld in Hoofdstuk III, zodat daarop niet opnieuw wordt ingegaan. De bezetting van de Waalstelling was als volgt geworden: Vie Divisie Er waren vier regimentsvakken gevormd nl. van oost naar west: 6 R.I., onder bevel van C.-6 R.I., bestaande uit: 32 R.I., onder bevel van C.-32 R.I., bestaande uit: 14 R.I., onder bevel van C.-14 R.I., bestaande uit: 3 R.I., versterkt met 6 M.C. en 18 M.C., onder bevel van C.-3 R.I., bestaande uit: 590 (Zie schets/kaart Nr. C. 23) III-6 R.I., versterkt met twee sectiën-6 C.Mr. en een sectie-6 C.Pag.; I-32 R.I., versterkt met een sectie-6 C.Mr. en een sectie-6 C.Pag. II-42 R.I., versterkt met een sectie-32 Bt. 6 veld en 32 C.Mr. (min een sectie); II-6 R.I., versterkt met 32 Bt. 6 veld (min een sectie) en een sectie-32 C.Mr. twee bataljons in voorste lijn, nl. III-32 R.I. versterkt met een sectie-14 C.Mr. en een sectie 14 C.Pag.; I-14 R.I., versterkt met twee secties-14 C.Mr.; dit bataljon nam stelling aan het inundatiekanaal; reserve: 11-14 R.I. in N.O.rand van Tiel. II-3 R.I., versterkt met 18 M.C., twee secties-3 C.Mr. en een sectie-6 C.Pag.; HI-3 R.I., versterkt met 6 M.C., een sectie-3 C.Mr. en een sectie-6 C.Pag. III-33 R.I. te Wadenoyen was reserve, doch mocht zonder toestemming van C.-III L.K. niet worden verplaatst. De Commandant der sectie zw.mitr. heeft geen contact gehad met de sectie tirailleurs. Na het springen van de verkeersbrug kon hij niet te weten komen, waar zijn compagnie zich bevond. Hij kreeg telefonisch verband met H.K.-Vg.Holland en vandaar is een autobus gezonden, die hem met zijn sectie (zonder de karren) over Utrecht naar 's-Gravenhage vervoerde.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1955 | | pagina 616