Deze plaatste een detachement onder een kapitein der artillerie in de werkjes bij Werkendam, een detachement bij de werkjes ten W. van het Steurgat, een bezetting op het fort Steurgat, een sterke wacht bij pl. 15 aan de Bandijk en een sterke wacht bij de Spieringsluis. Voor patrouilledienst en controle te water beschikte de kapitein over het nog aanwezige deel van het detachement Biesbosch. Toen in de late namiddag 3-III-13 R.I. (min een sectie) aankwam, werd deze verdeeld over Werkendam en het fort Steurgat. C.-II-23 R.I. voerde in feite slechts het bevel over de 2e en 3e Comp., terwijl de le Comp. op het fort aan de Uppelsche dijk rechtstreeks onder de Vak C. stond. De cp. van deze B.C. was gevestigd ten Z. van Sleeuwijk. In de avond kwam de rest van 111-13 R.I. van V Div. de Groep versterken. Hoe daarna de opstelling in Vak Sleeuwijk werd, zal bij 11 Mei worden beschreven. Het dekkingsdetachement te Keizersveer bestond uit 1 kapitein, 6 sergeanten, 4 korporaals en 45 soldaten. Bovendien waren van de politietroepen ingedeeld 1 sergeant-majoor, 2 sergeanten en 13 korporaals voor bediening van de kanonnen in de rivierkazematten en voor vernieling van de brug. Het dekkingsdetachement Heusden bestond uit een 2e luitenant, 1 sergeant, 1 korporaal en 20 soldaten. Bovendien waren aan politietroepen ingedeeld 2 ser geanten en 9 korporaals en soldaten voor de bediening van het kanon in de kazemat en voor het vernielen van de bruggen. Vak Arkel Het fort bij Vuren met het voorwerk daarvan werd bezet door 1-1-23 R.I., versterkt met een sectie zw.mitr., een sectie mr. en een stuk 6 veld. De rest van de frontlijn werd bezet door 3-1-23 R.I., versterkt met een sectie zw.mitr. 2-1-23 R.I. versterkt met twee secties zw.mitr., bezette de werken bij Gorin- chem en had een sectie gedetacheerd te Schelluinen ten W. van Gorinchem. 27 Afd. A. kwam in stelling ten W. van Gorinchem, 1-13 R.A. ten W. van Arkel. De cp. van de Vak C. was gevestigd te Gorinchem. Vóór de frontlijn waren sedert April geïnundeerd de polders Heukelum, Vuren, Asperen en Herwijnen. Vak Leerdam 3-III-23 R.I., versterkt met twee secties zw.mitr., twee secties mr. en een stuk 6 veld, was in twee delen gesplitst. De C.C. met twee secties tirailleurs, de secties zw.mitr. en een sectie mr. bezette het fort de Nieuwe Steeg met naaste omgeving, terwijl de oudste luitenant met twee secties tirailleurs en een sectie mr. de zgn. Wapenplaats bij Asperen, de oostrand van Asperen en de Zuider Lingedijk (ten O. van Heukelum) bezet hield. 1-III-23 R.I. (min twee secties), versterkt met een sectie zw.mitr. en een stuk 6 veld, bezette het fort bij Asperen en de oostelijke Lingedijk ten N. en Z. daarvan. Een sectie bezette een zelfstandig steunpunt bij het Z. uiteinde van de Diefdijk. Deze sectie werd te 17.00 naar Meerkerk gezonden voor bewakingsdienst. 604

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1955 | | pagina 630