Aangezien het noodzakelijk was, voor de troepen in de Groep Merwede en de Alblasserwaard verbindingen naar het N. te verschaffen, werden, zoals reeds eerder is medegedeeld, door de C.V. in overleg met de D.E.V. maatregelen genomen voor brugslag door P.A.-H.K.V. en IV P.A. te Schoonhoven en dat door mate rieel van I en II-V.P.T. een brug werd geslagen te Ameide. De werkzaamheden waren in gang, toen een bericht de C.V. bereikte, dat Duitse pantserwagens door''de Alblasserwaard in opmars waren naar het O. en daarop werden de werkzaamheden gestaakt. Bevolen werd echter, het materieel verspreid beschikbaar te houden, zodat de brugslag zou kunnen worden voltooid. Waarom III P.A. te Ottoland werd gelegerd en niet aan de Lek werd gebruikt, is niet meer na te gaan. Uiteraard baarde het de meeste zorg, wat er bij Dordrecht plaats greep. De Lt. Div. was in de nacht van 13 op 14 Mei teruggegaan op de noordelijke Merwede- oever en organiseerde de verdediging. Op verzoek van C.-Lt.Div. werd, zoals eerder meegedeeld, de spoorweg bij Sliedrecht door 1 C.Pn. opgeblazen. C.-III L.K. stelde aan de C.V. voor, de Lt.Div. onder zijn bevel te stellen. De C.V. antwoordde, dat hij een desbetreffend voorstel aan de O.L.Z. zou doen en dat C.-III L.K., in afwachting daarvan, de Lt.Div. onder zijn bevel kon nemen. De sanctie hiertoe is echter niet verleend en C.-Vg.Holland, onder wiens bevel de Lt.Div. stond, heeft een en ander nimmer vernomen. De C.V. verzocht namens de O.L.Z. te 14.45 aan C.-III L.K., te doen nagaan, of hij versterking aan de Lt.Div. kon zenden, daar deze het front tot Sliedrecht niet kon bezetten. Uit een bespreking tussen C.-III L.K. en een door C.-Lt.Div. gezonden officier kreeg eerstgenoemde een meer gunstige indruk van de gevechtsvaardigheid dan de nacht te voren en het resultaat was, dat 1-III-25 R.I., welke compagnie zich nog bevond aan de Diefdijk bij de weg naar Beesd, ter beschikking van de Lt.Div. werd gesteld. De compagnie is met gevorderde rijwielen verplaatst naar Molenaarsgraaf, doch is niet meer aan de Merwede ingezet, doch gelegerd te Streefkerk als reserve. Reeds is uit het voorgaande gebleken, dat de rug van de groep Merwede was gedekt door 11-29 R.I. bij Sliedrecht en door het zwakke detachement van 1-26 R.I. in de lijn Groot Ammers-Ottoland. C.-29R.I. te Gorinchem had volgens de gegevens eveneens bemoeienis met de door 11-29 R.I. ingenomen stelling. De C. van voorm. vak Erp van de Peel Div., die te Culemborg met het kantonne- mentscommando was belast geweest, werd door C.-III L.K. (blijkbaar onkundig van de aanwezigheid te Gorinchem van C.-29 R.I.) belast met het bevel over de troepen, die front west waren opgesteld. Deze ontving, volgens zijn mededeling, van C.-V Div. opgave van de troepen, die daar waren opgesteld, welke opgave niet klopte met de werkelijkheid. Practische uitvoering is aan dit bevel dan ook niet gegeven. 658

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1955 | | pagina 684