de ergens in het stellingterrein vermoede troepen van dit regiment, inhoudende, dat op Werkhoven moest worden teruggetrokken, welk bevel de wd. C.-III-19 R.I. heeft bereikt, doch niet werd uitgevoerd, daar die troepen een opdracht van C.-10 R.I. uitvoerden. 19 R.I. (in bovengenoemde samenstelling en gemengd met andere onderdelen) kwam 13 Mei te 23.00 te Cothen aan en daar meldde C.-4 M.C., die zijn compagnie nagenoeg geheel had weten te verzamelen, zich, terwijl daarna eveneens C.-III-8 R.A. aankwam met het personeel en de paarden van zijn Afdeling, doch zonder kanonnen en nog even later tevens de munitiecolonne van III-8 R.A., die de Afd.C. echter in de duisternis niet vond. Nadat de te Cothen aanwezige officieren van St.K.-II L.K. de aankomst dezer onderdelen aan het St.K. te Jaarsveld hadden medegedeeld en C.-IV Div. daar omtrent was ingelicht, ontving C.-19 R.I. bevel, door te marcheren naar fort Honswijk, waar hij op 14 Mei te 5.00 aankwam. C.-4 M.C. ontving opdracht, zich onder bevel van C.-19 R.I. te stellen, doch verzocht aan bovenbedoelde officieren, daar hij met zijn compagnie mars vaardig was, zelfstandig te mogen afmarcheren, wat hem werd toegestaan, doch wat hem noodlottig zou worden. Hij kreeg als bestemming Tuil en 't Waal, waar hij nadere bevelen zou ont vangen, doch had geen andere stafkaart, dan een oud blad-Rhenen, waarop hij op het uiterste westelijk deel de gemeentenaam Tuil en 't Waal vond, nabij de spoorweg Culemborg-Utrecht. Hem was medegedeeld, dat hij ten W. van het in aanleg zijnde nieuwe Amsterdam-Bovenrijnkanaal veilig zou zijn en, niet wetende, dat zich 2 km verder de frontlijn van het Oostfront bevond en menende, op de voorgeschreven plaats van bestemming te zijn aangekomen, ging hij tot legering over in een boerderij aan de Lekdijk, 300 m ten W. van genoemde spoor lijn. De opdrachtgever had bedoeld het dorp 't Waal, gelegen tussen fort Honswijk en Vreeswijk. Zoals hierna zal worden medegedeeld, werd 4 M.C. enige uren later door vuur overvallen. C.-III-8 R.A. ontving van bovenbedoelde officieren de opdracht, achter 19 R.I. aan te marcheren en zich te begeven naar Tuil en 't Waal (bedoeld was 't Waal). In deze plaats werd de Afdeling ondergebracht in door de bewoners verlaten boerderijen, echter zonder de munitiecolonne. De commandant van deze munitiecolonne had te Cothen geen verband met zijn Afd.C. gekregen en was afgereden over Schalkwijk en Vreeswijk naar IJsselstein, waar hij ontdekte, onderweg 10 auto's kwijt te zijn geraakt en talloze militairen van andere onderdelen op zijn auto's te hebben. Van 11-11 R.I. hadden de wd. B.C. en C.-2e Compagnie met enkele groepen zich eerst, nadat C.-IV Div. was vertrokken, weten te verzamelen te Leersum vanwaar zij naar de Bilt trokken, waar zij overnachtten, om de volgende dag door 669

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1955 | | pagina 695