in de steek gelaten en hierbij was ook de enige aanwezige lt.mitr. achtergebleven,
die ondanks het uitzenden van een soldaat, niet meer in voorste lijn is gekomen.
Op 100 m voorbij kp. 159 (ongeveer ter plaatse, waar 4 M.C. had overnacht)
zag men een Duitse colonne motoren met zijspan komen aanrijden, die door
vuur tot dekken werd gedwongen. De kapitein zag zich echter door de over
macht gedwongen, terug te gaan en gedurende dit teruggaan kwam hem uit een
boomgaard de luitenant van St.-II L.K. tegemoet, die, te zamen met de luitenant
en twee groepen van 3-II-11 R.I. door C.-II L.K. was uitgezonden, om de brug
te gaan heroveren.
Aangezien van dit detachement geen verslag aanwezig is en de luitenant is
overleden, kan niet worden nagegaan, langs welke weg dit detachement is opge
rukt. De luitenant van St.-II L.K., die de kapitein tegemoet kwam, had enige
soldaten bij zich en te zamen met de kapitein en zijn 7 overgebleven mannen
is er gedurende ongeveer een half uur een vuurgevecht met de Duitsers geleverd,
die zichtbaar verliezen leden. Het detachement ontving daarna vuur van mijn-
werpers en mitrailleurs, moest terug en een der marechaussees werd zwaar gewond
achtergelaten. Bij de verdere terugtocht werden nog twee marechaussees gewond,
waarvan er een kon worden medegevoerd en de andere zich zelf wist te redden.
Volgens het verslag van C.-3-II-11 R.I. zou de luitenant van deze compagnie,
die aan de onderneming deelnam, een shock hebben gekregen en zijn afgevoerd
naar een hospitaal, terwijl de luitenant van St.-II L.K. de spoorweg nog zou hebben
bereikt, doch daarna moest terugtrekken en bij de terugtocht eveneens werd ge
wond.
De twee uitgezonden detachementen keerden naar Vreeswijk en Jaarsveld terug.
Hoewel de onderneming was mislukt, had zij toch tot gevolg, dat aan het
personeel in de stelling aan De Groeneweg een voorbeeld was gegeven en dat
C.-III-2 R.I. door de energieke kapitein van het K.N.I.L. werd beïnvloed om
van het punt vlak bij Honswijk, waar hij zich bevond, met de daar achtergebleven
mannen terstond mede naar voren te gaan.
Te 16.00 kwam een door C.-2 R.I. uitgezonden 2e luitenant, die vergezeld was
van een officier van gezondheid, zich namens C.-2 R.I. op de hoogte stellen. De
dokter kwam als geroepen om de gewonden te helpen.
Te 17.15 bracht een motorordonnans van C.-2 R.I. het bevel, dat III-2 R.I.
op last van C.-III L.K. te 20.00 moest afmarcheren over Vreeswijk en Vianen naar
Arkel, na (aanvangende te 17.00) te zijn afgelost door 11 G.B.
C.-III-2 R.I. ging hierover overleg plegen met C.-Brig. B, die hij, op weg naar
hem toe, bij het fort Honswijk aantrof en die hem de order van de O.L.Z. over
handigde, om onverwijld een parlementair naar de Duitse commandant te zenden
met de mededeling, dat het gestelde Duitse ultimatum werd aanvaard en dat de
O.L.Z. om het verder bombarderen van open steden te voorkomen, had bevolen,
de wapens neer te leggen.
C.-III-2 R.I., die een hiertoe vervaardigde witte vlag ontving, zond, onder het
intussen weder aangevangen artillerievuur, twee luitenants uit en te ongeveer
683