Lvd. Groep Gorinchem De verplaatsing van III L.K. en Lt.Div. over de Maas had tot gevolg, dat de Luchtverdedigingsgroepen Gorinchem, Zaltbommel en Lek tactisch onder bevel kwamen van III L.K. en dat verschillende verplaatsingen noodzakelijk werden. De 9 Bt.Lu.A. en 89, 90 Pel.Lu.Mitr. werden van de omgeving Hedel verplaatst naar Vianen, ter bescherming van de brug over de Lek aldaar en kwamen onder bevel van Lvd. Groep Lek. 79, 80 Pel.Lu.Mitr., zijn verplaatst van Het Wilt naar Zennewijnen ten Z.W. van Tiel, waar zij ter beschikking kwamen van C.-III L.K. voor verdediging van de schipbrug aldaar. Toestand aan het einde van 10 mei In de nacht van 10/11 Mei had de C.V. het volgende overzicht: De Groepen Maas-Waal en Betuwe zijn teruggaande; in het land van Maas en Waal dringt de vijand niet na; in de Betuwe bestaat hieromtrent geen zekerheid. Ten noorden van de Rijn is de vijand van Westervoort snel opgerukt over Arn hem naar Wageningen. Bij Doesburg heeft hij de IJssel overschreden en is hij over Dieren in de richting Eerbeek opgerukt. Bij Zutphen heeft de vijand de overgang over de IJssel geforceerd en is hij in zuid-westelijke richting opgerukt naar het Apeldoorn-Dierensch kanaal, waar hij waarschijnlijk het verband met de troepen uit Arnhem heeft tot stand gebracht. Apeldoorn is vermoedelijk bezet. Meer noordelijk is nog geen opmars gemeld, behalve het plaatselijk overschrijden van de IJssel bij Kletterstraat. Tegenover Kampen zijn Duitse patrouilles vastgesteld. Delen van Groep IJssel-Zuid zijn binnen de Valleistelling gekomen, overigens is deze Groep verspreid. Groep IJssel-Noord is intact. De lichte troepen van het lie Legerkorps zijn binnen de stelling teruggetrokken; de lichte troepen van het IVe Legerkorps zijn nog vóór de stelling. Zij hebben nog geen aanraking met de vijand gehad, doch zijn teruggegaan op de lijn Klaar- water (2 km ten O. van Hoevelaken)-Nijkerkerveen-Nijkerk. Omtrent de sterkte des vijands ten noorden van de Rijn waren geen voldoende gegevens voorhanden. Het oprukken in autobussen was gemeld, doch de berichten, welke van 4 R.H. binnen waren gekomen, hadden geen voldoende inzicht gegeven; de indruk bestond, dat de vijand niet zeer sterk was. Omtrent Noord-Brabant was slechts bericht ontvangen, dat Mill was heroverd en dat het in het voornemen van de Commandant der Peel Divisie lag, stand te houden in de Peel-Raamstelling en voor het geval hij terug moest, de Zuid- Willemsvaart vast te houden. 48 112 Bt. Lu.A. (6 tl.) en 87, 88 Pel. Lu.Mitr. (elk 4 mitr. M. 25), alsmede 3-II Zl.A. tl. (3 zln.) nabij Brakel en Herwijnen (pontonbruggen); 115 Bt. Lu.A. (6 tl.) en 98, 99 Pel. Lu.Mitr. (4 mitr. M. 25) bij Heusden (vaste bruggen); 92 Pel. Lu.Mitr. (4 mitr. M. 25) te Drongelen (militaire jukbrug); 114 Bt. Lu.A. (6 tl.) bij Keizersveer (vaste brug).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1955 | | pagina 72