Gedurende de ruim twee weken die met delibereren waren ver streken, had Boufflers zich onledig gehouden met het versterken van zijn legerplaats. De enige belangrijke gebeurtenis aan Franse zijde was de aankomst van een groot convooi, men z;egt van 2000 wagens, dat, de 10e van Mechelen en Lier vertrokken, over Westerloo-Beringen-Bocholt en Roermond omstreeks de 18e het leger bereikte en de zorgelijke broodpositie voorlopig weer ver beterde. Niet minder dan 16 bataljons en 26 eskadrons waren voor dekking aangewezen. De hertog van Wurtemberg, die de 1 ie met 23-00 beredenen uit Grave was vertrokken om het convooi, in samenwerking met een detachement uit Maastricht, te onder scheppen, had dan ook, deze omvangrijke maatregelen vernemende, bij Geldrop onverrichter zake keert gemaakt x). Bij de dekkings troepen bevond zich ook het detachement dat was aangewezen om in gevolge 's konings bevel van 30 Juni onder Chamarande naar de Saar te marcheren en waarvan het vertrek uit het leger op deze wijze werd gecamoufleerd. Na het convooi tot Roermond begeleid te hebben, had Chamarande opdracht, over Diest naar Luik te marcheren, schijnbaar om het korps van T'serclaes te versterken, doch in werkelijkheid om vandaar over Luxemburg naar Thionville te trekken. Het systeem van marsen en tegenmarsen en het maken van grote omwegen werd toenmaals wel aangewend om de vijand aangaande het marsdoel te misleiden. Vooral Tallard wist van deze tactiek met succes gebruik te maken, gelijk zijn onverwacht opduiken voor Keizersweert had aangetoond. Niettemin was het zenden van een detachement naar Catinat reeds de 2oe bij de geallieerden bekendwederom een blijk, dat men gewoonlijk vrij snel en nauwkeurig met vijandelijke bewegingen op de hoogte was. Bij het ontbreken van een goed functionnerende militaire politie viel het immers gemakkelijk, tussen de massa zoetelaars, trein- knechten enz. spionnen in te schuiven, te meer daar de kampen meestal lang ter plaatse bleven. Het vertrek van troepen uit een leger werd dus dadelijk gemeld. Om deze reden vertrok dikwijls de bevelhebber enkele dagen later, terwijl men ook meermalen in een andere richting afmarcheerde dan met de bestemming overeen kwam. groot gewicht in de schaal legde, is bekend. Ook is het legeren van i£ eskadrons op de Zuidelijke Maasoever op de i blijkbaar met het oog op de fourage geschied, zoals ook blijkt uit Marlboroughs brief van de 13e (zie noot 1 p. 120). Doch overigens mag men aan de bovengenoemde mededelingen m.i. geen al te grote gaarde toekennen. Bulletin, Kamp van Duckenburg 13 Juli, bij Murray; Marlborough aan Wurtemberg, 13 Juli; Athlone aan St.Gl, Neerbosch 13 Juli 1702. Het convooi bestond volgens een spionnenbericht uit: 3 wagens en 2 karren met een millioen aan zilver, 2000 wagens en 900 karren met graan en meel, i2£o ossen en pl.min. 2000 schapen en 6 wagens met ankers (Archief Amerongen, I nr 380). 122

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1956 | | pagina 148