geen bepaalde afsnijding dreigde. Tallard werd thans tot bij Buggenum aangetrokken, en een cavaleriedetachement van 600 man onder Souternon bezette Weert en het kasteel Grevenbroek, even ten N. van Hamont Het Nederlands-Engelse leger kampeerde des nachts na de over tocht bij Zeeland-Uden, de volgende nacht bij Lieshout-Nunen, de 28e bij Geldrop-Mierlo. Op de 27e was een voor die tijd vrij grote afstand afgelegd (20 a 2 j km); er waren veel achterblijvers; daarom werd de 28e slechts 6-8 km gemarcheerd en de 29e rustdag gehouden. Vergeleken bij de marsen van Boufflers geeft dit geen hoge dunk van de marsvaardigheid, waarbij echter in aanmerking dient genomen dat deze van de hoofdweg langs de Maas kon ge bruik maken, terwijl de geallieerde troepen door het terrein mar cheerden. De 30e werd de mars voortgezet; die nacht legerde de rechtervleugel bij Hamont, de linker bij Leender Strijp, 8 km Noordelijker. Bij Hamont werd het leger versterkt door 3 regi menten Engelse dragonders en twee bataljons Zwitsers, benevens een artillerietrein. De 31e werd des avonds tot legering overgegaan bij Achel-Lille St Hubert. Die dag werd het kasteel Grevenbroek, een in een moeras gelegen roofnest, na een beschieting met 6 stuk ken geschut genomen; de 80 man sterke bezetting gaf zich op dis cretie over. Uiteraard was de militaire betekenis van het kasteel niet groot, doch in de rug van het leger zou het op allerlei wijze hinder kunnen veroorzaken. Die dag werd het leger wederom versterkt, n.l. door 9 bataljons en 6 eskadrons uit Nijmegen, onder de generaal-majoor Van Heukelom. Drie regimenten waren als veiligheidsbezetting te Nijmegen en Grave achtergelaten 2). Boufflers had intussen begrepen, dat zijn verbinding met de Demer bij langer dralen gevaar liep. In de namiddag van de 31e marcheerde hij af, en bereikte in de morgen van 1 Augustus het stadje Bree. Hij legerde zich tussen Bree en de Molenbeek, een on beduidend watertje, doch een geschikte hindernis bij een eventuele aanval, waarvan hij de overgangsplaatsen nog met wagens barrica deerde. Die dag komen de legers met elkaar in voeling. De ie Augustus werd met het verkennen van 's vijands legerplaats besteed de 2e werd het geallieerde leger in slagorde geschaard en Tilly met 4000 man ter verkenning vooruit gezonden. Boufflers zette deze dag zijn mars voort en trok, eveneens in slagorde, over de in de Tiendaagse Veldtocht bekend geworden Donderslagse Heide naar Pelet II-77 vlg.Heukelom aan St.Gl, Nijmegen 27 Juli. 2) Athlone aan St.Gl, Lieshout 28, Achel 31 Juli; Europ. Mere, 213; Coxe p. 175; Bulletins bij Murray 24, 27, 31 Juli. I24

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1956 | | pagina 150