te Düsseldorf nadere bevelen wachtte, vertoefde hier acht dagen zonder taal noch teken te horen. Hij had alleen van generaal von Heiden vernomen dat het detachement van Obdam was opgehou den, maar wist overigens noch waar het eigen noch waar het Franse leger zich bevond. Het detachement van von Heiden, 14 bataljons en 4 regimenten cavalerie, achtte hij geheel onvoldoende. In een tweetal brieven aan Heinsius voer hij heftig uit tegen het achterhouden van het korps van Obdam hij beklaagde zich, dat hij in Düsseldorf 'une fort méchante figure' sloeg, en over het leger in Brabant was hij in het geheel niet te sprekenet comme je ne cognois que trop les maximes de quelques generaux de 1'armee du Braband, je m'asseure fortement qu'il ne se faira rien de toutte cette campagne que de s'entreregarderTen slotte vroeg hij permissie, zijn reis naar huis te mogen vervolgen, aangezien hij zijn tijd wel beter kon besteden. Eerst de 24e ontving hij bericht dat het beleg zou doorgaan, en de 30e van een officier die toevallig op doorreis was, dat Obdam naar Venlo op weg was, zodat de stad reeds was ingesloten, terwijl hij nog te Düsseldorf vertoefde. De schuld van dit alles kreeg Geldermalsen, die sedert de 19e te Grave de handen vol had, pas de 22e gehoord had dat de veldmaarschalk voor Venlo het bevel zou voeren, en tot die tijd niet beter wist of hij was, wellicht voor goed, naar Duitsland vertrokken. Tot overmaat van ergernis kreeg von Heiden rechtstreeks uit het leger order, gelijk met Obdam naar Venlo te marcheren. Waarschijn lijk wist men hier evenmin waar de prins vertoefde. Deze verbood eenvoudig von Heiden, zonder zijn last op mars te gaan. Intussen had Geldermalsen, zodra hij de 26e 's prinsen verblijfplaats vernam, zich gehaast een brief vol excuses te schrijven, waarin hij verzocht, de generaal alsnog met zijn korps te willen laten vertrekken. Eerst toen kwam de bevelvoering weer in meer geregelde banen x). Doch dit betekende nog niet het einde van de moeilijkheden. Aan het beleg zouden ook een zestal regimenten uit Nijmegen en Grave deelnemen, die hiertoe reeds patent van Athlone hadden ontvangen. Zij moesten de 29e, gelijk met de andere korpsen, voor Venlo aankomen. Een dag te voren kwam echter bericht dat de Staten van Gelderland aan de binnen die provincie gelegerde troepen, n.l. drie regimenten te voet en een te paard, bevel hadden gegeven, niet op mars te gaan. De reden hiervan was de vrees voor onlusten in de steden, o.a. in Nijmegen, Tiel en Bommel, welke verband hielden met de bekende beroeringen der Oude en Nieuwe Plooi. J) Nassau aan St.Gl, Düsseldorf 2j en 29 Augustus; id. aan Heinsius, 17, 22, 2j, 31 Augustus; Geldermalsen aan Heinsius, Achel 19, Grave 26 Augustusid. aan St.Gl, Nijmegen 29 Augustus 1702. 142

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1956 | | pagina 168