Reeds de 23e September werd uit het leger te Soetendaal een detachement van 12 eskadrons beredenen afgezonden tot het be rennen van Stevensweertcommandant was de graaf van Noyelles, die het bevel over het beleg op zich zou nemen. Een dag later volgden 7 bataljons infanterie w.v. 3 Nederlandse, en 4 Engelse onder de generaal-majoor Orkney; hierbij was o.a. het bataljon van Goor, aan wie de technische leiding van het beleg werd toe vertrouwd. Ook twee Staatse bataljons uit Maastricht namen er aan deel. Met beleg van Roermond geschiedde door het leger van de prins van Nassau. De 2 je werd de stad berend door de graaf van Tilly met 1 200 ruiters en 200 dragonders. De volgende dag verscheen de rest van de cavalerie voor de stadde 28e de hoofdmacht met de op perbevelhebber. Stevensweert was een regelmatig versterkte vijfhoek met natte gracht en bedekte weg. De Castellas voerde hier het bevel over een bezetting van slechts één of twee bataljons wij lezen althans dat na de overgave 43-0 man, zonder de zieken en gekwetsten, uittrok ken. Het stadje had enige betekenis als Maasovergang; als zodanig was het dan ook in 1633 gebouwd toen, na het verloren gaan der Maasvestingen in het jaar te voren, de Spaanse legerleiding behoefte had aan een bruggehoofd voor de verbinding met Opper-Gelder. De voor het beleg benodigde artillerie werd van Maastricht aan gevoerd; in de avond van de 28e was zij gedebarkeerd. Het in stel ling brengen geschiedde onder veel moeilijkheden d.m.v. officiers- en cavaleriepaarden, doch des namiddags van de 30e waren de batterijen gereed en werd het vuur geopend, volgens de Europische Mercurius met 100, doch volgens het schrijven van Noyelles aan de raadpensionaris met 20 stukken. Doch waarschijnlijk heeft No yelles alleen de grote stukken, waarmee bres geschoten werd, be doeld en niet 'een meenigte van groote en kleine mortieren' die het plaatsje met een bommenregen overstelpten, geheel volgens het beproefde recept van Coehoorn. Toen er voldoende bres was ge schoten besloot Noyelles de soldaten niet door een geregeld beleg te vermoeien, doch de storm te gelasten, te meer daar de vijand reeds de eerste dag verstandige maatregel overigens de buiten werken ontruimd had. Doch het bleek, dat de bezetting reeds vol doende murw was gewordentoen de troepen tot de grachtsrand waren genaderd sloeg zij des avonds elf uur van de ie October de chamade, hoewel anders het overtrekken van de gracht nog volk genoeg had kunnen kosten. Thans schijnen de bondgenoten bij dit beleg weinig of geen verliezen te hebben geleden. 170

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1956 | | pagina 196