De capitulatie was spoedig - des nachts 2 uur - getekend en de voorwaarden waren, daar de belegeraars min of meer in tijdnood verkeerden, gunstig. De bezetting trok met volle krijgseer uit naar Namen, met medenemen van twee stukken geschut. Een goede krijgsbuit viel de overwinnaars in handen21 metalen stukken van 36 tot D/a pond, en een vijftigtal 'koperen' en 'blikken' pontons, voldoende om twee bruggen over de Maas te slaan. Van de twee kerken werd de kleinste ingeruimd aan de protestanten, uit de aard der zaak vrijwel uitsluitend militairen van het bataljon van Waes, dat in Stevensweert in garnizoen kwam. Door het kortstondige doch hevige bombardement was het stadje echter zo 'geruineert' dat het de grootste moeite zou kosten, het bataljon onderdak te brengen 1). Voor Roermond hield het beleg iets langer aan. Hier lagen 4 bataljons, of ongeveer 2000 man, in bezetting. Vestingcomman dant was de graaf van Hornes, gouverneur van Opper-Gelder commandant der Franse troepen de brigadier de Tournin. De ves tingwerken waren oorspronkelijk, als overal in het Zuiden, verwaar loosd, doch sinds het vorig jaar in redelijke toestand gebracht. De 30e September begon de ontscheping der van Venlo aange voerde artillerie. Het in- en ontschepen, het op de affuit leggen en vervoeren van belegeringsgeschut was destijds geen eenvoudige zaak en leverde nogal enige vertraging, te meer bij het momenteel heer sende slechte weer. Er was ook gebrek aan karren voor het vervoer van gabions en fascines en aan pioniers. In de omgeving van Marl borough werd men, na de val van Stevensweert, reeds ongeduldig, en scheen men niet te begrijpen, dat het belegeren van een vesting een zaak was, die men wel aan Coehoorn kon overlaten. Marl borough's secretaris Cardonnel toch schreef uit het kamp van Soetendael aan de Engelse minister Harley I hope in my next to send you the like good news of Roermond, where we reckon Mr. Cohorn is more nice than wise. He is losing time there as he did be fore Venlo, and will not begin till he has every thing ready to a tittle, though half the preparations might do the busyness; for we reckon Stevensweert must be the strongest of the two'. Over het beleg van Stevensweert: Europ. Merc. 266; Noyelles aan Heinsius, Stevensweert 2 October (Heins. arch. 78^); Athlone aan St.Gl, Lonaken 2 October met bijlage, waarin de artikelen der capitulatie; Geldermalsen aan St.Gl October (4e lias lopende 1702). Bulletins bij Murray I-39, 42. De Nederlandse bats waren die van Goor, Sturler, Ranck, (Beinheim) en Waes. Een 'Lijst van artillerie en ammunitie gevonden in Stevensweert 2 October 1702 door de kapitein Koek van de artillerie' bevindt zich in het archief van Amerongen, (I-3 83). Opmerking verdient, dat alle belegeringen, in dit jaar voorgevallen, die van Keizersweert uitge zonderd, uit krijgskundig oogpunt slechts zeer onvolledig bekend zijn. Beschouwingen van tech nische aard treffen wij nergens aan. Ook bezitten wij van geen enkele een bevredigende platte grond. In de werken over vestingbouw en belegeringskunst worden zij evenmin behandeld, daar zij blijkbaar niet, als die van Namen, Turijn en Rijsel, tot de 'klassieke' gerekend worden. 171

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1956 | | pagina 197