blijven 'zooals die nu zijn'. Voor de volledige tekst der capitulatie
zij verwezen naar de mémoires van Lamberty (H-23^ vlg.) of de
Europische Mercurius (269 vlg.).
Behalve het verdere oorlogsmateriaal werden 30 kanonnen en 2
mortieren in de stad gevonden. De 9e October had de uittocht
plaatsvijf Nederlandse regimenten kwamen in garnizoen onder
de prins van Holstein Beek als gouverneur x).
Het detachement van Tallard was, gelijk boven verhaald is,
de 30e September bij Bonn aangekomen, waar het zich met de keur-
vorstelijke troepen verenigde. In de nacht van 2 op 3 October trekt
Tallard de Rijn over. Van een poging om Siegburg, waar hij met
kanonschoten uit het kasteel ontvangen wordt, in te nemen moet hij
afzien, daar hij momenteel nog niet over voldoende artillerie be
schikt; wijselijk besluit hij, zich niet door het plaatsje te laten op
houden bij gebreke van een voldoend aantal pontons levert echter
ook het overtrekken van de Sieg enige vertraging, zodat de kans om
de bondgenoten, die met 9 regimenten in het kamp te Mühlheim
lagen, aldaar te overvallen, te loor gaat. Wanneer hij de 4e bij
Mühlheim aankomt, zijn de geallieerden reeds over de Rijn terugge
trokken. Enige naburige kastelen worden ingenomen en het land
van Berg, bezit van de keurvorst van de Palts, wijd en zijd op deer
lijke wijze geplunderd en gebrandschat. De volgende dag verschijnt
Tallard met enige artillerie voor Keulen. Enerzijds worden hier
aanstalten tot verdediging gemaakt, en zelfs met geschut op de
Franse troepen gevuurd, doch tevens heerst een hevige paniekeen
ieder tracht zijn goederen in kelders en andere plaatsen in veiligheid
te brengen. Vooral de bisschop van Raab, die als gevolmachtigde
van de Keizer in de stad vertoeft, tracht regering en burgerij tot te
genstand aan te sporen, doch de vrees voor het dreigend bombarde
ment behoudt de overhand, en dezelfde avond nog wordt tussen
de magistraat en Tallard een verdrag gesloten, waarbij de stad
zich neutraal verklaart en zich verbindt, de Hollandse troepen
te doen vertrekken. Slechts die van de Westfaalse kreits mochten
in de stad blijven, doch moesten zich van alle vijandelijkheden
onthouden 2).
Het neutraliteitsverdrag hield stand, zolang Tallard met zijn
kanonnen in de buurt was, doch ook niet veel langer. De bisschop
-1) Nassau aan St.Gl, voor Roermond, 6 October; id. aan Heinsius 26, 29 September, 2 October;
Europ. Mere. 268 vlg.; Bulletins bij Murray. Geldermalsen aan St. G1 g en 6 October 1702 (4e
lias lopende 1702).
2) Europ. Mere. 249 vlg.Lamberty II-221 Brief van de prins-bisschop aan Simeoni in Europ. Mere.
291 Pelet 113 vlg.
173