Zoals de lijst te zien geeft kwam een vijftal bataljons in Aken te liggen. Dit had, vóór het zover was, enige voeten in de aarde gehad. Aken had reeds omstreeks half September verzocht, als neutraal beschouwd en dienovereenkomstig behandeld te worden. De Staten waren aanvankelijk in het onzekere of het verzoek moest worden ingewilligd. Liet men de stad onbezet, dan zou de vijand er zich misschien van meester makeneen bezetting daarentegen verzwakte het veldleger en zou misschien toch nog voldoende zijn om de stad te behouden. De beslissing in deze werd als gewoonlijk overgelaten aan de ge neraals en de gedeputeerden. Doch ook hier waren de meningen verdeeldDe meeste generaals (Marlborough had zich nog niet uitgelaten) waren van oordeel, dat men de neutraliteit moest ac corderen, zowel uit egards voor Keizer en Rijk als omdat men de troepen niet kon missen; de prins van Nassau en Geldermalsen waren van een tegenovergesteld gevoelen. De beslissing werd dus weer teruggekaatst naar de Staten. Deze machtigden thans (7 Octo ber) de prins van Nassau om, na de verovering van Roermond, Aken goedschiks of kwaadschiks te bezetten. Mede tengevolge van de dood van de prins werd de bezetting voorlopig opgeschort, doch begin November werd de generaal- majoor Friesheim met enige strijdkrachten en een beleefde brief naar de stad gezonden. Zijn opdracht luidde, de magistraat 'met alle bedenkelijke beleeftheid' te bejegenen. Athlone hoopte, dat dit zou helpen, 'soo niet, sal men wat meer vigeur gebruyken moeten' De 1 oe moesten de gedeputeerden nochtans uit Luik berichten, dat de magistraat weigerde de troepen van de Staat in te nemen. Nu werd de knoop eindelijk doorgehaktde magistraat werd nogmaals bij missive verzocht, de troepen in te nemen, en aan Friesheim order gezonden, zich binnen Aken te logeren, 'in der minne of met geweld'De magistraat schijnt toen eieren voor haar geld te hebben gekozen x). Een andere zaak, waarin de beslissing der Staten werd ingeroepen betrof de reeds eerder ter sprake gekomen aanspraken van de Keizer op de veroverde plaatsen. Na de verovering van de Char treuse bracht 's keizers vertegenwoordiger, de graaf van Sinzen- dorf, met een beroep op de bepalingen der Grote Alliantie, deze aanspraken nogmaals op het tapijt. Ook protesteerde hij er tegen, dat in Yenlo en Roermond kerken voor de hervormden waren be dongen en dat de inwoners de eed van trouw aan de Staten was afge- x) Seer. Res. St.Gl 13, 14 November; Ged. te velde aan St.GI 10 November 1702. 195

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1956 | | pagina 221