Slechts kort bleven de troepen gekantonneerd. Op het bericht, dat het Maasleger de ioe Mei bij Lonaken zijn concentratie zou hebben voltooid en dat Engelse troepen zich te Eindhoven ver zamelden om zich bij dit leger aan te sluiten, besloten Boufflers en Villeroy de 7e, tot kamperen over te gaan. Elet Noordelijke leger, thans 33 bataljons en 43 eskadrons sterk, kampeerde onder Thienen; het Zuidelijke, uit 19 bataljons en 48 eskadrons bestaan de, bij Wasseige aan de Mehaigne. Vergelijkt men de getallen met die van ongeveer een week eerder, dan blijkt dat intussen detacheringen moeten hebben plaats gevonden, waarover wij noch tans geen berichten bezitten. Dertig stukken belegeringsgeschut arriveerden te Namen, terwijl de veldartillerie als gezegd uit 80 stukken bestond Aan de zijde der bondgenoten werd ter zelfder tijd het Maasleger samengetrokken bij Lonaken, onder de rook van Maastricht. Volgens de 30 Maart opgemaakte 'Lijste van patenten' bedroeg de sterkte aan Nederlandse troepen 24 bataljons en 34. eskadrons. Hiermee zouden de Engelsen, die tot nog toe in de Noord-Brabantse vestingen hadden gelegen, zich verenigen, ter sterkte van 16 bataljons en 17 eskadrons. De Engelsen zijn echter, waarschijnlijk in verband met de aankomst van recruten van overzee, later op mars gegaan dan voor een tijdige vereniging met de Hollanders wenselijk was, wat de bond genoten, zoals wij nog zullen zien, bijna noodlottig was geworden. HET BELEG VAN BONN In de Nederlandse krijgsgeschiedenis is Bonn, het oude Bonna der Romeinen, vooral bekend geworden door de meesterlijke krijgstocht van Willem iii in 1673. Vervolgens veroverden de Brandenburgers de stad na een kortstondig beleg in 1689. Aan dit wapenfeit had ook Coehoorn deelgenomen, en ongetwijfeld zijn de toenmaals opge dane ervaringen onze grote vestingbouwer en belegeraar in de actie, die thans aanstaande was, ten nutte gekomen. De vestingwerken bestonden uit een gebastionneerde hoofdwal van modern tracé, een droge gracht met ravelijnen tussen de bastions HOOFDSTUK VI (Schets nr 6) Over de Franse maatregelen en bewegingen: Pelet III-p. 16 vlg. 240

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1956 | | pagina 266