dat Vxlleroy zich verplicht rekende, nog nadere orders van de ko ning af te wachten'Deux ou trois jours nous donneront le loisir de recevoir des nouvelles de votre majesté, et de voir ce que 1'armee des ennemis deviendra'. De 8 e verenigden zich beide Franse legers in een kamp bij Mon- tenacqvolgens de 'ordre de bataille' bedroeg thans de sterkte 56 bataljons en 103 eskadrons. Aan opperofficieren telde het leger niet minder dan 1 luit.-generaals, 7 veldmaarschalken en 23 bri gadiers. De prins van T'serclaes commandeerde een afzonderlijk korps van 6 bataljons en 11 eskadrons, w.v. 2 bataljons en 9 eska drons Keulse troepen. Het werd op Waremme gedirigeerd, bij wijze van rechter-flankdekking. De 8e 's avonds wordt vernomen, dat Marlborough nog bij Bonn is, dat de Engelsen nog niet zijn aangekomen en de Hollanders nog verspreid liggen in hun kantonnementen tussen Maastricht, Bilsen en Tongeren. De maarschalken besluiten laatstgenoemde stad, de meest vooruitgeschoven vijandelijke post, te overrompelen. De 9e bij het aanbreken van de dag gaat het leger op marswegens het open terrein in acht colonnesde cavalerie wordt echter door verschillende defile's opgehouden. Dit is, volgens Franse bronnen, de oorzaak, dat van een overval der kantonnementen niets komt en de vijand zich met overhaasting tot onder het geschut van Maastricht terugtrekt x). In Tongeren worden echter twee bataljons, dat van van Elst en het Schots-Nederlandse van Portmore, thans Dalrymple, inge sloten. Eerstgenoemde voerde het commando. Des morgens was eerst bevel ontvangen terug te trekken, doch toen de afmars zou beginnen, kwam de order namens Ouwerkerk om stand te houden en^de post te verdedigen. Vermoedelijk wilde men tijd winnen voor het samentrekken der troepen en daartoe de twee bataljons, samen pl. min. 8 £0 man, desnoods opofferen. De stad was slechts door een simpele muur omringd; de gehele artillerie bestond uit twee 'roestige' stukken, en het garnizoen, bovendien schaars van munitie voorzien, was geheel onvoldoende om de wallen naar eis te bezetten. Na herhaalde vergeefse sommatie werpen de Fransen, aangevoerd door Berwick, een batterij op van 8 stukken, waarmee van des namiddags half vijf tot het invallen der duisternis wordt ge vuurd. Des avonds is reeds een flinke bres gevormd. Des nachts wor den de loopgraven geopend en tot de gracht vooruitgebracht. De volgende morgen (10 Mei) wordt het vuur heropend en een sterke Over de Franse troepenbewegingen: Pelet III, 20-3s- 2 f4

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1956 | | pagina 282