que vous pouvez souhaiter, et même le choix depuis le general
jusques au moindre soldat, afin qu'il n'y ait personne qui vous soit
désagréable', schreef de mensenkenner met nauw verholen ironie.
Coehoorn gaf dan ook op de conferentie een memorandum over,
waarin plannen van actie werden ontwikkeld tegen Brugge, Damme
en eventueel Oostende. Een achttal 'remarques' werden er ter ver
gadering bij aangetekend, bevattende de bezwaren. Als zodanig
golden: het vergevorderde seizoen, met onbegaanbare wegen en
veel zieken in het vooruitzicht; de post te Burcht, die Coehoorn
tot algemeen misnoegen verzuimd had in te nemen, doch die nu de
vijand tot bruggehoofd en wapenplaats diende; tenslotte de kans
dat de vijand door middel van inundaties het deboucheren vanuit
Liefkenshoek zou verhinderen. Een tweede memorie werd inge
diend door Slangenburg en Tilly, een derde door Ouwerkerk,
Albemarle, Noyelles en Dopf; de inhoud dezer laatsten blijve
echter buiten bespreking. Besloten werd uiteindelijk zonder verder
tijd te verliezen met de verenigde legers naar de Maas te marcheren
en het beleg te slaan voor Hoey 1).
Slangenburg sloot zich de ie Augustus bij het hoofdleger aan,
en de 2e begon de afmars, nadat tevoren nog een vijftal bataljons
naar Coehoorn en één naar Bergen op Zoom waren gezonden. De
mars ging over Gierle, Lichtaert en Moll naar Houthalen en het uit
de Tiendaagse Veldtocht bekende Zonhoven, waar het leger de 6e
aankwam. De Fransen volgden de voor de hand liggende tactiek: zij
braken nagenoeg gelijktijdig met de tegenpartij op en marcheerden
parallel met deze, doch binnen hun linies, naar het Zuiden. Zij
deden geen moeite de overgang over de Demer te beletten, welke
de 7e en 8e ongestoord plaats had. De 8e komt het leger te Borg
loon of Loozhier komen ook de artillerie en de bagage, die meer
Oostwaarts om waren gemarcheerd weer in het kamp. Enige dagen
werd hier halt gehouden, gedurende welke tijd de voor het beleg
van Hoey bestemde belegeringsartillerie te Maastricht werd inge
scheept. Hiermee belastte zich TrognÉe, die tevens de technische
-1) Ged. te velde aan St.Gl, leger te Westwezel 30 Juli (St.Gl 7154). De brief is ondertekend, be
halve door Hop, door vijf gedeputeerden, n.l. boven de vier reeds genoemden nog door Van
Reede van Renswoude. Marlborough aan Coehoorn, kamp van Calmpthout 26 Juli, bij Murray
p. 150; bulletin 30 Juli, ib. p. 153.
Opmerking verdient, dat wij thans voor het eerst melding gemaakt vinden van de linie van de Mark,
die o.a. bij de verdediging van ons land in 1794/9s een r°l heeft gespeeld. Enige bijzonderheden
dienaangaande vindt men in een brief van Salisch, de gouverneur van Breda, aan de R.v.St., van
7 Augustus 1703 (R.v.St. 644). Het ging niet om een linie van strategisch belang, doch om het
land, gelegen tussen de Bredasche Vaart (de Mark) en de retranchementen en inundatiën tussen
Breda en Geertruidenberg van contributie te bevrijden. De linie bestond uit een reeks van redoutes,
welke voorzien moesten zijn van corps de gardes. Voor de bezetting van alle posten achtte men
$oo man nodig; bij vorst echter bovendien 6 eskadrons dragonders.
324