oorzaak, dat de colonne slechts met een slakkengang vooruitkwam.
Marlborough zette de i 7e de mars met het gros des legers voort,
haalde Murray onderweg in en kwam de 18e te Verviers, waar de
aankomst der bovengenoemde artilleriepaarden en wagens werd af
gewacht. Het resterende deel der artillerie kon eerst de 2 2e uit
Luik vertrekken; het kwam de 24e te Verviers, op 8 km van
Limburg. De 21e reeds werd de benedenstad na weinig tegenstand
genomen. In de nacht van 24 op 2 j September werden de batterijen
gereed gemaakt, en de 2$e het geschut geplant tegen het kasteel.
Vijfduizend paarden waren, naar Witsen meedeelt, voor het ver
voer gebruikt. Deze was met de andere gedeputeerden de 24e te
Verviers aangekomen, na de 2oe uit St Truyen vertrokken te zijn.
Grote hinder had men onderweg van de vijandelijke partijen, die de
omtrek onveilig maakten. Zij waren afkomstig van een detachement
dat onder Pracontal bij Ciney lag.
In de avond van de 24e reeds zond Reignac een tamboer uit met
aanbod van overgave tegen vrije aftocht. Het antwoord luidde dat
er geen andere voorwaarde was dan krijgsgevangenschap. De vol
gende dag verscheen des avonds een tweede tamboer met een derge
lijk voorstel, doch hij kreeg hetzelfde antwoord als zijn voorganger.
De 26e met het aanbreken van de dag braakten 36 zware stukken
en 20 mortieren hun kogels en bommen uit. Des middags twee uur
was de verdedigende artillerie al 'lam geschoten'. Aanvankelijk
vuurde de vijand terug, hetgeen een tweétal officieren enjaé man
schappen aan doden en gewonden kostte. In de stad waren veel
deserteurs van de geallieerden en o.a. drie Nederlandse busschieters.
Een van deze was van de Amsterdamse oorlogsschepen afkomstig en
schoot merkwaardig zuiver. Doch op zeker moment werd hem,
naar men later hoorde, het hoofd afgeschoten; dit was bij de be
legeraars merkbaar, doordat het vuur dadelijk minder nauwkeurig
werd. Tot tien uur voormiddags van de 27e hield de beschieting
aan; toen werd de witte vlag gehesen en de chamade geslagen. Er
was reeds een tamelijke bres, en de aanvallers waren al voornemens,
evenals bij Hoey, een 'valse attaque' te houden
346
q Voor het beleg van Limburg de bulletins bij Murray van 16, 2o en 24 September; Eur. Mere.
233-235"; voorts de brieven van Marlborough aan ged. te velde, Bülow, Trognée, Ouwerkerk en
de gouverneurs van Limburg, alle bij Murray, p. 177-186; Witsen aan burgem. van Amsterdam
22 September, Verviers 24, 25 September, op 't gebergte onder Limburg 27 September; memorie
van benodigdheden voor het beleg van Limburg, ingezonden door Trognée (o.a. 60 stukken geschut),
in het verbaal van Hop, St.Gl 8217. De 12e hadden een tweetal uitvallen plaats tegen een vooruit
geschoven post der dragonders. Aan de kant der geallieerden sneuvelden hierbij een luitenant en
2 a 3 man. Dezelfde dag werd de graaf van der Lippe, in de vorige oorlog kolonel in dienst van de
landgraaf van Hessen-Kassei, en die thans aan de veldtocht als volontair deelnam, door een kogel uit
de stad een been afgeschoten. Dit moet geweest zijn Ferdinand, graaf en edele heer van Lippe-Brake,