beesten. Van Franse zijde werden, als eerste blijk van activiteit na lange tijd, 2000 ruiters en enige grenadiercompagnieën afgezonden om de mars op Tongeren te verontrusten, doch het detachement keerde onverrichter zake terug. Deze zelfde dag werden in het veld tussen St Truyen en Leeuw de eerste krijgsgevangenen uitgewisseld, volgens een voorlopige te Wilder gesloten overeenkomst. De Fransen beschuldigden Marl borough ervan, juist deze dag te hebben uitgezocht, om onder be scherming van de wapenschorsing, welke tijdens het uitwisselen heerste, zijn 'terugtocht' ongehinderd te kunnen volvoeren. De volgende dagen werd met het uitwisselen voortgegaan; zo was de 17e het bataljon Schotten van Dalrymple aan de Geurt. Het telde nog 421 man, boven een 60-tal zieken. Als blijk van goede geest wordt vermeld dat niemand bij de vijand dienst had genomen, en, gezien de behandeling welke de Fransen de krijgsgevangenen ge woonlijk deden ondergaan, verdient het bataljon inderdaad een eer volle vermelding. Enige dagen later volgde het tweede bataljon uit Tongeren, dat van Els x). Op 4 November werd te Borgloon een nieuw cartel gesloten, ter vervanging van het oude van 1691. De onderhandelingen hierover waren reeds in Januari begonnen, toen Boufflers hiertoe, volgens krijgsgebruik, een trompetter naar Den Haag had gezonden. Enge land stond er op, dat alleen gezamenlijk zou worden onderhandeld en dat ook de krijgsgevangenen ter zee in het te sluiten cartel zouden worden begrepen. Van dit laatste werd nochtans afgezien, met het oog op de complicatie welke het zou veroorzaken wegens de ter zee geldende, geheel afwijkende gebruiken en reglementen. Op aan drang van de regering van Luik deden de geallieerde onderbande laars tevens moeite om uitwisseling te verkrijgen van de indertijd zo hardhandig opgelichte domdeken de Mean, die nog steeds gevangen zat. Van Engelse zijde was lord Cutts als onderhandelaar aangewezen; zijn commissie dateert reeds van 2 Januari. Van die der Republiek onze resident te Brussel, de heer Hulft, van Franse zijde de markies de Ximenes, daarna de maréchal de camp de Thoy. Tot plaats van onderhandeling was Turnhout bestemd. De wederzijdse paspoorten werden 18 April toegezonden. Doch hierbij trad een onverwachte stagnatie in. In dat van lord Cutts werd deze betiteld als 'Lieutenant general des armées d'Angleterre' 3 £4 1) Marlborough aan Hop, St Truyen, October bij Murray 191Pelet III-134; Ouwerkerk aan de St.Gl, 10 September, 18 October, brieven van Marlborough over de uitwisseling aan Villeroy 12 September, en 6 October, aan de prins van Sonderburg en 6 October, bij Murray.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1956 | | pagina 382