verschillende eskadrons had moeten samenvoegen, hield hij 4 onbe
reden eskadrons over, die nevens de infanterie in de tweede linie
een plaats kregen. De gehele sterkte van Tallard bedroeg dus 36
bataljons, 44 bereden- en 16 onbereden eskadrons1). Marsin
beschikte over 38 bataljons en 60 eskadrons; de keurvorst over 4
bataljons en 23 eskadrons Beieren. Totaal dus 79 bataljons en 143
eskadrons (w.v. 16 onberedene) en 90 stukken geschut.
Aan Tallards linkervleugel sloot zich zonder tussenruimte de
cavalerie van Marsin aan, waarvan 32 eskadrons, eveneens op twee
linies, ten Zuiden van Oberklau moeten hebben gestaan.
Deze plaats werd verdedigd door 14 bataljons, terwijl 2 2 andere
op de z.g. Geiszenberg, W. en N.W. van het dorp, op twee linies
geschaard stonden. Deze troepen stonden onder bevel van Blain-
4-57
SLAG BIJ HOCHSTADT 1704
""iimwi//.
i'a (V A A
,iii""»"«/il\*/i
'SCHWENENBACH
C
iuumv\'
''""?ÏÏ77?^
4INTER GLAUHEI
)BER GLAUHEI M
A= A A:
!'wim\\\v
;A a'a'%
MÖRSLINGEN
,,ii!^BI!!fSS^
^///////IZ/MI'L""-
^.DEISENHOFEN1'"'////,1!
WfmillllllllllllllUK,,,
HÖCHSTAEDTv
B BAT AILLONS
E ESCADRONS
Naar atlas bij Feldzüge
De hier beschreven opstelling van de troepen van Tallard is enigszins verschillend van die welke
voorkomt in het Oostenrijkse en het daarbij aansluitende Beierse generale-stafwerk (resp. Dl VI-488
en Dl 2, p. 1041). Zij steunt hoofdzakelijk op brieven van Tallard van 4 September en 3 December
1704, bij Pelet IV, resp. p. £67 en gyi, gecombineerd met de in het Beierse stafwerk voorkomende
'Ordre de bataille' (Dl 2bijlage 14). In deze laatste staan de brigades La Beaume en Streif als infante
rie aangegevenzij hebben achter blijkbaar uit cavalerie bestaan, daar men anders niet tot 44 eska
drons kan komen, welke Tallard ongetwijfeld bezat.
