instructies aan zijn opvolger Bedmar te hebben gegeven. De 2oe en 21e gaat hij bij Namen over de Maas met 38 bataljons en 60 eskadrons, tussen de 2y en 30 000 man. Te Neerhespen voert voor lopig d'Artaignan het bevel over de resterende 23 bataljons en 31 eskadrons. Bedmar voegt zich, na slechts 2 bataljons in de linies voor Antwerpen te hebben achtergelaten, de 23e bij d'Artaignan en neemt het bevel over. Te zamen betrekken zij een kamp voor waarts van de linies, even ten Zuidoosten van St Truyen, met de bedoeling vandaar op Tongeren te marcheren. Het leger bestaat thans uit 37 bataljons en 42 eskadrons, naar schatting een 23000 man. Als enige mobiele macht was er verder nog het korps van la Mothe, die met slechts 7 bataljons bij Damme stond, als gewoonlijk met opdracht, een wakend oog te houden op deze hoek van Vlaanderen en op de zeekust x). Ouwerkerk had in het kamp van Loen, nadat de 14e eskadrons met de Engelsen naar de Moezel waren afgemarcheerd, 40 bataljons en 74 eskadrons. Naar aanleiding van de brief van Marlborough van 2 1 Mei, waarin deze om versterking vroeg, worden op het einde der maand 8 bataljons en 21 eskadrons, alle Denen, naar Duitsland gezonden. Slechts een klein deel dezer troepen was blijkbaar uit het kamp van Loen afkomstig, daar na het afzenden er van Ouwerkerk op 31 Mei nog 333 bataljons en 69 eskadrons bezat. Hij was dus aan infanterie iets zwakker, doch aan ruiterij niet onbelangrijk sterker dan Bedmar 2). De 27e Mei werd in het kamp van Loen krijgsraad gehouden. Besloten werd, dat men zou trachten, de linies bij Wasseige of Merdorp binnen te dringen; bij welslagen zou men in de richting van Jodoigne of Tirlemont marcheren en zien wat de vijand zou doen; trok hij zich terug naar de kant van Leuven, dan zou men trachten, zich van Diest meester te maken, om een bruggehoofd over de Demer te hebben. Waartoe dit moest dienen wordt in het verslag dat wij bezitten niet meegedeeld, doch was van later zorg. Een tweede krijgsraad werd gehouden op de 30e. De besluiten van de 27e bleven gehandhaafd; de ie juni zou men op mars gaan. Nadat de 31 e het tweede detachement naar de Moezel het kamp had verlaten, had de ie om 6 uur des morgens de afmars plaats. Het toe- 483 Pelet IV-37-39. 2) Ouwerkerk a. d. St.Gl, leger te Loen, 13, 18, 23, 28, 30 Mei 1704 (Register ingek. secr. miss. St.Gl: St.Gl 4478).id. aan Heinsius, 23 Mei (Heins. arch. 937). Opmerkelijk is de volmaakte eens gezindheid, waarmee men met het afzenden van het detachement instemde. Ouwerkerk onderstreept de harmonie nog eens in een brief aan Heinsius van 23 Mei'Vous pouvez bien etre assuré monsieur, que Ton ne peut pas etre plus unis que milord Due et moyet que nous nous rendons compte de tout de qui se passé de nos deux cotés'.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1956 | | pagina 517