Koeriers vertrokken naar Montenaken, waar men meende dat
TrognÉe zich nog bevond, om hem te verwittigen. Tot algemene
verrassing en teleurstelling ontving men de volgende morgen 7 uur
het bericht van TrognÉe, dat hij zonder enige tegenstand te ont
moeten in de linie bij Heylissem had post gevat. Het gevaar bestond
nu, dat hij door een grote overmacht zou worden aangegrepen.
Onmiddellijk liet Ouwerkerk dan ook het leger marsvaardig
maken, en een half uur later was alles op mars. Bij Hannut gekomen,
vernam men echter, dat TrognÉe de eerste aanval van Franse dra
gonders had afgeslagen, en had stand gehouden totdat de des avonds
te voren verzonden order hem had bereikt. Hij was toen terug
getrokken op St Truyen, bestookt door achtervolgende Franse
cavalerie, die echter terugtrok bij de nadering van het geallieerde
leger. Men had na het passeren van de Mehaigne de cavalerie, die
de voorhoede uitmaakte, weer zorgvuldig in bataille geschaard, en
zich zodoende de kans zien ontgaan om de Franse ruiterij af te
snijden. De terugtocht werd aanvaard naar het kamp van Seille.
Zoals licht is in te zien, verbeterde de stemming er niet op.
Hoewel Ouwerkerk in zijn rapport zegt, dat het besluit om op
het spionnenbericht van de onderneming af te zien, 'unaniem' werd
genomen, was men volgens anderen dienaangaande lang niet een
stemmig. Keppel geeft jegens de raadpensionaris ongezouten lucht
aan zijn ergerniswat hem nog restte aan vertrouwen in de van
Ouwerkerk uitgaande leiding kreeg bij deze gelegenheid de gena
deslag. Men heeft nooit geweten of hier een list van Franse zijde
in het spel was, dan wel een vergissing, waarbij troepen van Trog
nÉe voor Fransen zijn aangezien. De spion was aanvankelijk niet te
vinden; de 26e bericht Ouwerkerk echter dat de spion en de de
serteur aan de krijgsraad ter onderzoek zijn overgegeven, en 13
Augustus dat de spion volgens vonnis van de krijgsraad voor het
front van het leger door de beul gestraft is.
Volgens de Franse lezing van het geval, welke men bij Pelet aan
treft, was Bedmar de 19e voor het gevaar gewaarschuwd ('en ayant
été averti le même jour')hoe of door wie wordt niet gezegd. Hij
had toen de g bataljons en g eskadrons, die onder de markies van
Deynse in de omtrek van Jandrain lagen, op Heylissem, of zo
nodig Noordelijker gedirigeerd. Deynse, zo heet het, marcheerde
de rest van de dag en de gehele nacht, doch kwam ondanks alle
spoed, niet voor de 20e bij het aanbreken van de dag bij Fleylissem
aan. Zonderling, bij een afstand van Jandrain tot Heylissem van
pl.m. 10 km! Het wil ons dan ook waarschijnlijker voorkomen,
dat het binnendringen van TrognÉe een volkomen verrassing was,
496