wezig wegens 'indispositie'. Indien de gedeputeerden gemeend
hebben dat van hun komst een electriserende werking zou uitgaan
zijn zij bedrogen uitgekomen. Unaniem luidden de opinies, dat
vooralsnog niets van belang kon worden ondernomen. De Fransen
toch waren overmachtig aan infanterie, en dit was het wapen, waar
op het aankwam bij een bestorming der linies. Deed de vijand een
detachement of kreeg het eigen leger versterking, dan kon misschien
nog wel eens iets van betekenis worden aangevat. Deze bevindingen
gaven de gedeputeerden aanleiding, de Staten toestemming te vragen
om dadelijk maar weer naar Den Haag terug te keren, welk verzoek
deze blijkbaar niet hebben ingewilligd x).
De 2 je werd een resolutie van de Staten-Generaal ontvangen
nopens de voorgenomen operatie aan de Moezel. Marlborough
had n.l. voor het bezetten van Trier en Trarbach en het maken van
een 'hoofd' aan de Moezel verzocht om een detachement van 12
bataljons en 6 eskadrons uit het leger in de Zuidelijke Nederlanden.
Ter vervanging zou de hertog 12 bataljons van zijn troepen zenden
waaronder enige verzwakte, die reeds ter begeleiding van krijgsge
vangenen naar 'beneden' waren gezonden. Dopf vertrok nog dezelf
de avond naar het leger van Marlborough om met deze de nodige
regelingen te maken. Alvorens te vertrekken diende hij een project
in waarin vier verschillende kampementen werden opgesomd, welke
men naar gelang van omstandigheden zou kunnen betrekken.
Na ruim drie weken (19 October) keerde Dopf uit Duitsland
terug. Een uitvoerig rapport diende hij bij de Staten-Generaal in.
Reeds de 20e vertrok daarop het detachement naar de Moezel, on
der bevel van de generaal-majoor Elberfeld, de brigadiers Poserne
van de cavalerie en Gaudecker van de infanterie, en Trognee als
brigadier der infanterie en directeur van de approches. Zoals men
weet liet deze bekwame officier voor Trarbach het leven. Uit het
rapport van Dopf vernemen wij nog dat de majoor Verschuer de
artillerie commandeerde, en de bekende ingenieur Des Rocques
onder Trognee de leiding had van de attaques 2).
Intussen was het leger 3 October van Hanneffe verplaatst naar
Borgloon, om redenen van fourage. De je kwam Tilly, van zijn
ziekte hersteld, in het leger terug. De 7e werd victorie geschoten
wegens de overwinning, welke de vloot had behaald in de slag bij
Malaga. De 14e, 1 je en 16e werd voor de gedeputeerden te velde
een grote revue gehouden. De infanterie, zo lezen wij, defileerde
Ged. te Velde a. d. St.Gl, kamp van Hanneffe, 8 September 1704 (A.R.A., St.Gl 71 £4).
2) ld., leger te Serraiz le Chateau 25 September, 2 October; leger te Borgloon 16, 20 October;
Ouwerkerk a. d. St.Gl 20 October (St.Gl 4478).
£04