HET OPERATIETONEEL
Een beschouwing van de kaart doet zien, dat men het oorlogs
toneel der Zuidelijke Nederlanden - de Fransen spraken veelal van
'Flandre' - in drieën kan verdelen, n.l. het grondgebied tussen
Noordzee en Schelde, tussen Schelde en Maas en tussen Maas en
Rijn.
In het eerstgenoemde gebied bezat de Republiek het voornamelijk
uit een reeks van eilanden bestaande Staats-Vlaanderen. De strate
gische betekenis van deze door tal van vestingen en forten verdedigde
strook gronds was gelegen in de beheersing der Schelde, de be
veiliging van Zeeland en de mogelijkheid van aanvallende onder
nemingen in Vlaanderen. Operaties op grotere schaal waren echter
aan het nadeel onderhevig, dat zij omvangrijke transporten te water
en ontschepingen vereisten. Daar deze moeilijk geheim te houden
waren had de vijand meestal gelegenheid tot tijdige tegenmaat
regelen. Bovendien was het Noorden van Vlaanderen wegens de
vele kanalen en andere wateren gemakkelijk verdedigbaar. Om
Vlaanderen tegen invallen en het heffen van contributie te dekken
waren uitgebreide linies aangelegd. Deze sloten bij het oude fort
Isabella, onmiddellijk ten Westen van Sluis, aan de zee aan. Het
Noordelijkst deel, de linie van Cantelmo genaamd, liep vandaar naar
het ten Zuiden van Sluis gelegen fort St Donaas. Een linie van re
doutes verdedigde verder het kanaal vandaar tot Brugge en het ka
naal van Brugge naar Gent. Een tweede linie dekte het land van
Waes. Zij liep, met gebruikmaking van tal van wateren en natuur
lijke hindernissen, van Gent tot het fort St Jan ten Z. van Hulst
en vandaar Oostwaarts tot het fort de Parel aan de Schelde.
Op vele plaatsen naderden de wederzijdse stellingen elkaar dus
op zeer korte afstand, door inundaties van elkaar gescheiden. Het
plan heeft aan Franse zijde bestaan, om ook het terrein ten Noorden
van het kanaal Brugge-Gent door een linie te dekken. Het schijnt
dat het fort bij Selzate, waaraan in December 1701 werd gewerkt,
totdat Vassy de arbeid deed staken, hiervan deel uitmaakte. Blijk
baar is van het opwerpen van deze linie afgezien.
Een belangrijke bron van verliezen waren in dit gebied de be
ruchte Zeeuwse koortsen. Het schijnt dat de vele kreken en stil
staande wateren hiervan de oorzaak waren. Voor de soldaten was
37
HOOFDSTUK I