doenlijk hun linies versterken, voor welke de Nethe, bij de heersende droogte, slechts een geringe hindernis oplevert. Marlborough en de generaals verkennen op diverse plaatsen de vijandelijke linies, doch zien vooralsnog geen mogelijkheid tot een aanval. De 7e October verklaarde de hertog tenslotte, dat hij alle in aan merking komende plaatsen had laten verkennen, dat uit de rappor ten weliswaar bleek, dat de linies tegenover Santhoven te forceren zouden zijn, doch niet zonder zware verliezen; dat daarenboven het seizoen reeds te ver was gevorderd om een eventueel behaald succes te kunnen voortzetten, dat zijn cavalerie tengevolge van de weer hevig woedende paardenziekte tot de helft was teruggebracht, en dat het dus beter was, van een onderneming op de linies af te zien. Hij deelde dit besluit mee aan de gedeputeerden, Salisch en Heuke- lom, doch wilde niet dat er over aan de Staten werd geschreven; geheel anders alzo dan bij de affaire van Overijssche, toen een derge lijk besluit over Europa werd uitgebazuind x). Nu er op het oorlogsveld niet veel meer te beleven was, besloot Marlborough midden October voor enige dagen naar Den Haag te gaan, waar met Heinsius het een en ander viel te bespreken. Zo over de reis naar Wenen, waaraan hij een bezoek aan Berlijn wilde vastknopen. Koning Frederik i maakte n.l. moeilijkheden om het verdrag te hernieuwen, krachtens hetwelk 8000 man Pruisische troepen zich in Italië bevonden, tot steun van de keizer. Ook de vredesaanbiedingen, welke sinds Augustus van dit jaar langs verschil lende kanalen vanwege het Franse hof werden gedaan, zullen een onderwerp van gesprek met Heinsius hebben uitgemaakt. Alle be richten uit Frankrijk wezen er op, dat Fodewijk xiv niet langer in staat was, de oorlog voort te zetten. Volgens inlichtingen, waarover Marlborough beschikte, zeide men toen reeds in Frankrijk, dat de koning zijn schoonzoon uit Spanje wilde terugroepen, wanneer de geallieerden zulks eisten2). Bij de diplomatieke bedrijvigheid, welke van dit alles het gevolg moest zijn, was Marlborough's tegenwoor digheid in Den Haag belangrijk meer nodig dan in Brabant, waar de veldtocht weinig vooruitzichten meer bood. Het enige, wat hier nog te doen viel, was het innemen van Sant- vliet. Hiervan was in 1702 al sprake geweest, op aandrang van Zeeland, dat voor de veiligheid op de stromen beducht was. Dat het zich nog zo merkwaardig lang heeft staande gehouden, kwam waarschijnlijk doordat de vijand er tenslotte niet veel kwaad deed. 643 Heemskerk aan Heinsius 21 September 1, 8 October 1705; Ouwerkerka. d. St.Gl 9 October (St. G1 4481). 2) Marlborough aan Heinsius 24 September (V. 't Hoff nr 346).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1956 | | pagina 681