maar voor een doelmatige leiding der operatiën konden deze voor
schriften niet anders dan belemmerend werken. Marlborough
maakte hiervan gebruik om ook zijn mislukkingen aan deze belem
meringen toe te schrijven, hoewel dit verband geenszins vaststaat,
en in allen gevalle ook eigen fouten een rol speelden. Bij het nage
slacht heeft hij echter volkomen succes gehad met zijn beweringen.
De toenmaals door hem met ijver verspreide voorstelling kan men
nog tegenwoordig in velerlei werken en in alle toonaarden aan
treffen.
Een gevolg van het verloop van de veldtocht was ook, dat men
Marlborough in Frankrijk begon te onderschatten. Vooral Cha-
millart maakt zich hieraan schuldig, als hij aan Villeroy schrijft:
vous n'aurez pas de peine a obtenir de moi que je n'aie qu'une
médiocre opinion de la capacité du due de Marlboroughce qu'il a
fait pendant cette campagne détruit a mon sens la grande opinion
qu'on avait eue de lui après la bataille d'Hochstett. x).
Deze onderschatting kon licht tot gewaagde besluiten leiden, te
meer omdat Villeroy zich voorstelde, in een volgende veldtocht
van de defensieve gedragslijn af te zien en aan de Geete stelling te
nemen. De affaire van 18 Augustus en de zorg welke hij daarbij voor
Brussel en Leuven had gehad, hadden hem geleerd welk een com
plicatie het dekken dezer steden bij de operatiën opleverde. Aan de
koning schrijft hij dan ook 20 Augustus: 'Je suis si frappé de ce qui
vient d'arriver, que je ne puis assez dire a votre majesté qu'il est
d'une absolue nécessité qu'elle prenne des mesures pour ne plus
faire une guerre défensive en Flandre'een stukje voorgeschiedenis
van de slag bij Ramillies 2)
In de juist genoemde brief van Villeroy komt nog een passage
voor, welke de aandacht verdientde maarschalk betreurt het, dat
de Franse cavalerie geen winterkwartieren in het eigen land kan be
trekken. 'je sais', schrijft hij, 'combien nos pays souffrent par le
manque de consommation et la perte que nous faisons que l'argent
des troupes ne se dépense pas dans notre paysOp dezelfde wijze
horen wij ook de Engelsen klagen, dat er met het leger veel geld het
land uitgaat. Wij mogen hierin echter tevens een bewijs zien, dat
het verblijf der wederzijdse grote legers in de Zuidelijke Nederlan
den, naast veel schade en ongemak, voor deze streken ontegenzeg
gelijk ook niet onbelangrijke economische voordelen moet hebben
opgeleverd 3).
648
Ib. p. 604, resp. 608.
2) Ib. 6i£, 603.
3) Ib. 613.