dag eindigde juist de week, gedurende welke de graaf van Galway
het bevel had gevoerd; vanaf de 3e had derhalve Fagel het com
mando. Men kan hem niet ten kwade duiden, dat hij er naar streefde,
de stad in de tijd, dat hij commandeerde, in te nemen, en dus be
sloot, het beleg 'met alle vigeur te pousseren'. Er waren trouwens
ook voldoende militaire redenen, die hiervoor pleitten.
De bezetting telde 2000 man onder Don Alfonso de Mariaga.
De stad was tamelijk sterk, en bezat bovendien een kasteel, dat als
reduit dienst kon doen.
De 3e werden door goo arbeiders, onder dekking van 4 bataljons,
de loopgraven geopend; de ^e waren 8 mortieren in batterij ge
bracht, en de 6e 12 zware kanonnen, ondanks hevig vuur uit de
vesting, die goed van artillerie was voorzien. Deze dag begon het
bombardement; op de opeising, welke des avonds geschiedde, volg
de geen 'satisfaitoir' antwoord. Fagel had de bestorming willen
bepalen op de avond van de 7e; volgens het oordeel der ingenieurs
was echter de bres nog geenszins in voldoende staat om bestormd
te wordenook duidden de sterke bezetting van de wallen en het
krachtig vijandelijk vuur er op, dat het moreel der verdedigers nog
ongeschokt was. Tegen het eenstemmig oordeel der andere generaals
in durfde Fagel de zware verantwoordelijkheid voor een wellicht
ontijdige bestorming niet op zich nemen; hij besloot dus tot uit
stel, hoewel alle voorbereidingen waren getroffen en de troepen
reeds in de stormstellingen waren.
Nog dezelfde avond liet hij twee nieuwe batterijen aanleggen en
een aantal handmortieren zo dicht mogelijk bij de bres opstellen.
Intussen wezen ontvangen berichten er op, dat de luit.-generaal
de Bay, die met een korps van 4000 ruiters en 3000 man te voet tot
ontzet oprukte, die dag met zijn cavalerie reeds tot op 4 uur van
het kamp was genaderd. Dientengevolge besloot Fagel, met toe
stemming van de generaals de bestorming in de morgen van de 8e
Mei te doen plaats hebben, in de hoop dat het krijgsgeluk onze sol
daten gunstig zou zijn.
Voorop gingen 300 grenadiers: van de Hollanders, Engelsen en
Portugezen ieder 100. Op hen volgden de twee Portugese regimen
ten, welke die nacht de loopgraven hadden bezet, n.l. die van Don
Naper d'Alencastro en de graaf van Colicoly; vervolgens het
Engelse regiment van Donkenson en het Nederlandse van Noyel-
LES> gecommandeerd door de luit.-kolonel Verpoorten.
Om 7 uur des morgens werd het signaal gegeven. Omtrent
de strijd, die zich ontspon, dekken de berichten elkaar niet geheel.
Volgens Fagels bericht aan de Staten marcheerden allen, die tot de
6f3