iets goeds verwachtte. Erkend moet echter worden, dat de krijgs macht, welke de markgraaf ter beschikking stond, evenals in de vorige jaren weer in allertreurigste toestand verkeerde. Zij vormde een zuivere weerspiegeling van het chronisch geldgebrek, waarin de Oostenrijkse Staat verkeerde. Ongetwijfeld is de werkeloosheid op dit gedeelte van het oorlogsterrein hieraan voor een deel toe te schrijven. En in allen gevalle had prins Louis zijn grote krijgservaring voor; dit alles verklaart wellicht, dat men hem, op een front waar geen krijgsverrichtingen van grote allure waren te verwachten, nog niet zo'n kwaad bevelhebber vond. Zijn reputatie van langzaamheid en voorzichtigheid maakte hem des te geschikter om als zondebok voor de laksheid van de gebrekkige Oostenrijkse legeradministratie te dienen. Gedurende de eerste zes maanden van het jaar viel geen bijzonders voor: aller aandacht was gericht op de Moezel, waarheen, gelijk wij zagen, ook Marsin een deel zijner strijdkrachten moest afzenden, In de tweede helft van Juni ontvingen beide partijen echter belang rijke versterkingende prins van Baden van de troepen, welke Marlborough aan de Moezel had achtergelaten, Marsin van de strijdkrachten, welke Villars meebracht, die tevens het commando overnam. Begin Juli opende deze het offensief tegen de Lauter; het werd echter afgeslagen door de generaal Thungen, die, bij af wezigheid van de prins van Baden wegens ziekte, het bevel voerde. Als troostprijs veroverde een Frans detachement in de Palts Hom burg, dat de 27e capituleerde. In Augustus gaat dan, tegen ieders verwachting, de prins van Baden, versterkt door Pruisische en Paltsische troepen, tot de aanval op de Moder-stelling over. De Fransen werden teruggewor pen, en wanneer in September en October ook de vestingen Drusenheim en Hagenau worden genomen, is de Moder-linie stevig in handen van de geallieerden, die haar, door veld-versterkingen, nog in betere staat van tegenweer brachten. Met dit niet onbelang rijk, hoewel plaatselijk succes eindigen de operatiënin November gingen beide partijen in de winterkwartieren. Van de gebeurtenissen ter zee waren dit jaar die aan de Spaanse kust verreweg de voornaamste. In de Noordzee voerde een Frans eskader onder de ridder St Pol de kaperoorlog, waarbij deze een tweetal malen succes had in gevechten met Nederlandse convooiers. In October slaagde hij er in, de Engelse terugkerende Oostzeevloot te overvallen, die in haar geheel naar Duinkerken werd opgebracht, nadat de drie convooierende Britse oorlogsschepen na een gevecht, waarin St Pol sneuvelde, waren veroverd. 672

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1956 | | pagina 712