Gelderland en Overijssel aantrekken, die aldaar gemist konden worden. Het bataljon gardes te Den Haag zou door een ander, dat te velde minder bruikbaar was, worden vervangende Staten wilden Den Haag echter niet geheel van troepen ontbloten. Aan Coehoorn (die juist twee dagen te voren met zijn diversie was begonnen) zou worden gevraagd, hoeveel troepen hij zou kunnen missen als de expeditie was afgelopen en hoe lang zij naar zijn mening zou kunnen duren Over het afzenden van een deel van het garnizoen van Maastricht zou Geldermalsen overleg plegen met de graaf van Nassau. Ten slotte zou aan Geldermalsen 'in secretesse' ge schreven worden, dat de Staten met leedwezen de onenigheid zagen tussen de generaals in het leger voor Keizersweert ener- en in dat van Athlone anderzijds, en dat hij naar vermogen moest trachten, de eendracht te herstellen 1). Deze tweedracht zal wel hierdoor ontstaan zijn, dat volgens de prins van Nassau en zijn generaals Athlone harder op de alarmtrom sloeg dan nodig was. De veld maarschalk achtte hem sterker dan de Fransen, vooral na de deta cheringen die deze gedaan hadden en spoorde hem reeds i Mei aan, de vijand over de Maas terug te drijven. Ook was hij sterk gekant tegen het verminderen van het garnizoen van Maastricht. Hoe het zij, de ongerustheid der Staten werd er niet minder op, toen des avonds van 6 Mei de kapitein van Wassenaar als afge vaardigde van Athlone in Den Haag arriveerde en rapporteerde dat de Fransen ruim eens zo sterk als het eigen leger waren, vooral wanneer boufflers de binnen zijn bereik staande troepen nog aan trok. Het terrein was 'niet al te secuur' en er was kans dat Athlone van Grave of Nijmegen zou worden afgesneden. Hij had overleg gepleegd met de generaals over de vraag of het leger niet achter Cranenburg diende te worden teruggetrokken en dezen hadden hiermee hun instemming betuigd. Hij had de beslissing nog opge schort uit égards voor de koning van Pruisen, doch zijn plan was, terug te trekken zodra de vijand enige beweging maaktede bagage had hij reeds achterwaarts gezonden. Hij vroeg de beslissing der Staten omtrent zijn verdere gedragslijn, alsmede het zenden van gedeputeerden om met dezen te kunnen beraadslagen. De Staten vergaderden hierop tot twee uur in de morgen. Zij resolveerden 6 Mei 's nachts ten twaelff uyren', dat 'soo weynich als doenlyc is gehazardeert moet werden'het verdere werd aan de 'wyse en voorsichtige conduite' van Athlone en de generaals overgelaten. Geldermalsen zou met de prins van Nassau confere- 68 Seer. Res. St.Gl s Mei 1702 over de maatregelen van de Staten in deze dagen Lamberty II-106.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1956 | | pagina 90