en eerst omstreeks de 2oe in het leger zijn. Wat de wagens aangaat,
berichtte Athlone inderdaad op 6 Mei, dat Boufflers 600 wagens
uit het land van Kleef had ontboden, en ook de stad Goch had aange
schreven, alle karren en wagens ter beschikking te houden. Vauban,
die zich in deze tijd te Luik bevond, schijnt opdracht gehad te hebben,
van hieruit een groot convooi te brengen, maar zag hier geen kans toe
zonder sterke beveiliging tegen Maastricht, waarvoor geen troepen
beschikbaar waren. Om deze redenen bepaalde de oorlogvoering in
de Rijnstreek zich voorlopig tot de actie van Tallard, die wel hin
derlijk voor de geallieerden, maar toch niet doorslaggevend kon zijn.
DIVERSIE IN VLAANDEREN
Intussen was ook in Vlaanderen de strijd ontbrand. Aanvankelijk
was hier niets belangrijks voorgevallen; Coehoorn had zich be
paald tot het doen opwerpen van een schans tussen Sas van Gent en
Assenede. Het werd eind April voor hij gereed was om tot aan
vallende handelingen over te gaan, nadat hij van Noyelles het
regiment dragonders van Schlippenbach, s regimenten infanterie
en 200 artilleriepaarden had ontvangen.
De aanvang der beweging was vastgesteld op 3 Meizij zou vooraf
gegaan worden door een demonstratie tegen de Scheldeforten en de
forten tegenover Hulst 'om wat tijd te winnen om een marsch a
twee vooruit te kunnen weesen'. Een bepaald aanvalsdoel stond
Coehoorn naar het schijnt nog niet voor ogen; van Hulst zou hij
naar Sas van Gent marcheren en van daar de mars voortzetten 'naar
dat de adviesen sullen inkoomen'hij had wel 'eenige desseinen
geformeert', maar zou zich moeten regelen 'naar de bewegingen die
onse partijen sullen doen'.
Voor de demonstratie zouden de ledige transportschepen, die de
troepen uit Bergen op Zoom naar Vlaanderen hadden overgebracht,
met enige manschappen uit Bergen op Zoom worden gebruikt,
alsmede de uitleggers op de Schelde. Zodra in Hulst het schieten
van de uitleggers werd gehoord, zou een 'alarm' gemaakt worden
aan de kant van het 'Roode fort' en het fort Bedmar. Vervolgens
zou de mars worden aangevangen met 8 bataljons, het regiment
dragonders van Schlippenbach, nog een eskadron te paard, 12
HOOFDSTUK VI
(Schets nr 4)
71