Op 10 Mei was de volledige bezetting van alle stellingen, ook die aan de kust, uitgevoerd en door de marine waren mijnen gelegd in de Roompot, het zeegat naar Veere. De Duitsers hadden in de mond van de Westerschelde magnetische mijnen uit geworpen. In verband met het vervoer over zee van Duinkerken van een Frans detachement en met operatiën van Engelse oorlogsschepen begonnen reeds op 10 Mei Franse en Britse mijnenvegers met het vegen daarvan. Op last van de Chef Marinestaf waren Hr.Ms. kanonneerboten Johan Maurits van Nassau en Flores naar Hoek van Holland gezonden; hiervan was de Flores weder teruggekeerd. Een Engels vernielingsdetachement werd per torpedoboot jager aangevoerd en aan wal gezet, ten einde eventueel de haveninstallaties onbruikbaar te maken (evenals zulks te Hoek van Holland en IJmuiden plaats had). De komst van Franse en Engelse strijdkrachten maakte de aanwezigheid van de C.Z. te Middelburg noodzakelijk, zodat deze afzag van zijn voornemen om per soonlijk de leiding van de verdediging van Zuid-Beveland te nemen in een com mandopost te Kapelle en C.-38 R.I. aanwees als commandant van de troepen in de Bathstelling en de Zanddijkstelling, niettegenstaande deze daarmede te voren geen bemoeienis had gehad. In de avond van 10 Mei kwam te Breskens een Franse verkenningsgroep aan, die naar Walcheren werd overgezet, ging legeren op Walcheren en Zuid-Beveland, een detachement vooruit zond naar Woensdrecht en in de avond van 11 Mei geheel naar Noord-Brabant vertrok. Op 10 en 11 Mei werd een gemengd detachement van de Franse 68e Divisie over zee van Duinkerken naar Vlissingen aangevoerd, begeleid door Franse en Engelse jagers en beveiligd door Franse marineluchtstrijdkrachten. De C.Z. ontving te Middelburg enige Franse verbindingsofficieren en vervolgens de marinecommandant uit Duinkerken, Schout bij nacht Platon, onder wiens leiding het zeetransport plaats had, alsmede de commandant van het Franse de tachement, generaal Durand (infanteriecommandant van de 68e Divisie). Ook de Commandant van de Franse 60e Divisie, (welke naar Zeeuwsch Vlaanderen in opmars was) bracht een oriënteringsbezoek. In de loop van 10 Mei begonnen onderdelen van de 60e Divisie in Zeeuwsch Vlaanderen aan te komen, die Breskens, Terneuzen en Walsoorden bezetten, doch in de loop van de volgende dagen ontstond de toestand, dat de 60e Divisie Oost- Zeeuwsch Vlaanderen, de 68e Divisie West-Zeeuwsch Vlaanderen en de Belgische kust bezette. De 68e Divisie, die gedurende haar verblijf in Frankrijk had gestaan onder bevel van de Amiral du Nord, (amiral Abrial), tot wiens bevelsressort o.m. Duin kerken behoorde, trad na het verlaten van die plaats onder bevel van de Comman dant van het Franse 7e Leger. De 68e en 60e Divisie behoorden nu tot het Franse Ie Legerkorps. Generaal Durand bleef met zijn detachement op Walcheren, behalve een batal jon, dat de zuidoever van de Oosterschelde op Zuid-Beveland bezette. 130

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1957 | | pagina 150