Van 4 D.I., die Z.O. van Gent werd uitgeladen, werd reeds dadelijk de ver plaatsing naar elders voorbereid, evenals van de ten W. van Mechelen nog aan wezige 9 D.I.M. Van 60 D.I. had, volgens de op 13 Mei ontvangen bevelen, in de nacht van 13 op 14 Mei en op 14 Mei de overtocht naar Zuid-Beveland plaats van een detache ment, onder bevel van de infanteriecommandant der divisie, kolonel Guihard en bestaande uit: (gemotoriseerde delen van) 68 G.R.D.I., 271 R.I., 1, 11-307 R.A., een compagnie genie, een batterij lu.a. en twee batterijen pag. Het detachement nam stelling aan het kanaal door Zuid-Beveland en aan de oever van de Ooster- schelde. Aangezien het gros der divisie zich nog tussen Brugge en Sas van Gent bevond, was de Schelde-oever van Oost-Zeeuwsch Vlaanderen niet bezet tot 17 Mei. Op 15 Mei werd in onderling overleg tussen schout bij nacht Platon en C.-60 D.I. (generaal Deslaurens) besloten, dat laatstgenoemde het bevel zou nemen over de verdediging van Walcheren en Zuid-Beveland. Daar de gebeurtenissen op Zuid-Beveland en Walcheren reeds zijn beschreven in Onderdeel A, behoeven wij deze slechts in grote trekken te vermelden. Op 14 Mei lieten de Nederlandse troepen de Bathstelling los. Op 15 en 16 Mei werd de Zanddijkstelling en de Franse verdediging aan het kanaal door Zuid- Beveland doorbroken en sloten de Duitsers de Sloedam af. Een deel der Franse en Nederlandse troepen viel in Duitse handen, een deel had nog naar Walcheren kunnen ontkomen. Op 17 Mei werd de Sloedam-verdediging door de Duitsers doorbroken. Een deel der Franse troepen werd naar Zeeuwsch-Vlaanderen geëvacueerd, een deel viel in handen van de Duitsers. Generaal Deslaurens sneuvelde bij Vlissingen. In de avond van 17 Mei was de toestand, dat delen van 21 Div. de Schelde ten Z.O. van Grauw hadden afgesloten, 60 Div. (min detachement Guihard) zich aan de Schelde-oever van Grauw tot Philippine bevond en 68 Div. (min detachement Durand) ten W. daarvan was opgesteld. Een aantal Nederlandse troepen, gedeeltelijk ongewapend, bevond zich in Zeeuwsch-Vlaanderen, die op last van de Fransen geleidelijk naar het zuiden werden afgevoerd. Op 15 Mei was generaal Giraud belast geworden met het bevel over het bij Sedan doorbroken 9e Leger en was besloten tot algehele verplaatsing van het 7e Leger. Generaal Fagalde, C.-XVI C.A., werd tijdelijk met het bevel over het 7e Leger belast. Bepaald werd, dat de Franse troepen, zodra zij door Belgische troepen zouden zijn afgelost, zouden worden teruggenomen achter het kanaal Neuzen - Sas van Gent. In de nacht van 17 op 18 Mei werd 21 Div. afgelost door delen van de Bel gische le Cav.Div. en teruggenomen naar het westen. Zij werd vervolgens naar het zuiden verplaatst en daarna per trein naar elders vervoerd. C.-XVI C.A. behield slechts 60 en 68 Div. onder zijn bevel. Tussen 15 en 20 Mei werden de andere divisiën van het 7e Leger geleidelijk verplaatst naar Noord-Frankrijk. 173

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1957 | | pagina 193