In een door C.-22 Div. getekend stuk was vermeld, dat: Aangezien door de lucht slechts een beperkt aantal motorrijwielen werd mee gevoerd, moesten na de landing de benodigde motorvoertuigen door inbeslag neming worden verkregen en daartoe waren lijsten bijgevoegd met adressen van garages. De uitvoering van de aanval verliep geheel anders dan was verwacht. Tussen 3.55 en het begin van de luchtlanding werden de vliegvelden Ypenburg en Valkenburg en de kazernes aan de van Alkemadelaan te 's-Gravenhage gebom bardeerd, terwijl bovendien werd getracht, door bombardement van de andere vliegvelden de luchtmacht uit te schakelen. De eerst landende échelons (4.48, resp. 4.50) bestonden uit valschermjagers, die na ongeveer uur werden gevolgd door vliegtuigen met troepen, die op de vliegvelden moesten neerstrijken. De laag vliegende vliegtuigen leden bij hun vlucht naar de vliegvelden reeds veel verliezen door de Nederlandse luchtdoelartillerie, terwijl bovendien het af- weervuur van de bewakingstroepen op de vliegvelden heviger was dan was ver wacht. Volgen wij thans het verloop van de landing, zoals dat uit de genoemde Duitse boeken blijkt. Ypenburg Volgens het schema moesten hier op 10 Mei landen: Van I/F.S.J.R. 2 landde het grootste deel te ver zuidelijk. Een gedeelte daarvan kwam terecht tussen het vliegveld en het zich daarbuiten bevindende scherm. De 3e Comp. kwam nabij Hoek van Holland terecht. Van de 13 vliegtuigen, waarmede 6/1.R. 65 werd vervoerd, waren er reeds 11 vóór de landing in brand geschoten; 10 vliegtuigen met een gedeelte van 8/I.R. 65 landden op de kunstweg Delft - Rotterdam, terwijl enige vliegtuigen neerkwamen in de weilanden nabij Zoetermeer. 191 in 's-Gravenhage Duitse burgerpersonen, voorzien van een „Ausweis" (van daarbij gevoegd model) waren ingezet met bijzondere opdrachten, aan wie door de troepen desgevraagd alle mogelijke hulp moest worden verleend x), 4.48 I/F.S.J.R. 2. 5.20 Reg. staf, verbindingssectie, 6e en 8e Comp. van I.R. 65. 6.05 Div. staf, motormitr. sectie, deel van de Div.-Vbd.A.verkenningssectie en sectie pioniers van I.R. 65. 9.26 Deel van Div.-Vbd.A., 1, 2, 3/1.R. 65. 11.09 Een Comp. Lu. Mitr. en 4/1.R. 65. 12.49 St., 5e en 6e Bt. van II/A.R. 22. 16.48 St., 7 en 9e Bt. van III/A.R. 22. 17.15 Commandant en een sectie van de Aanvoercomp. en een sectie van de Geneesk. Comp. 18.32 Een Comp. Lu. Mitr. 0 Uit de stukken blijkt, dat dit de Einsatzgruppe Feldmann was en dat daarvoor 19 Ausweise waren uitgereikt.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1957 | | pagina 211