Bovendien waren ter versterking ingedeeld: In het vak van deze divisie trad ook de korpsreserve op. Voor de aanval waren een aantal gevechtsgroepen gevormd, die waren genoemd naar de commandanten. Gemakshalve zal bij de volgende beschrijving de benaming van het voornaamste onderdeel worden gebruikt. Een bataljon van grenswachtregiment 16 op de linkeroever van de Rijn moest de flank van de divisie bij Emmerich beveiligen tegen een eventueel optreden van Nederlandse vaartuigen, aangezien zich een Nederlandse kanonneerboot te Nijmegen bevond. De beveiliging te water zou worden overgenomen door de Rijnbeveiligings- afdelingen 1 en 2, die onder bevel stonden van C.-XXVI L.K. Met het ingrijpen van deze afdelingen in de richting Pannerden moest rekening worden gehouden. Zij bestonden uit groen geverfde motorboten met witte nummers, waren be wapend met mitrailleurs en pantserafweergeschut en voerden de rijksoorlogsvlag. Van oost naar west waren de volgende gevechtsgroepen gevormd. Art.C./22, I/S.S. Adolf Hitler 2), Beob.Abt. 30 3), St., Ie Comp, en Brug- colonne van Pionierbat. 51 en een sectie van 3/Pantzerjagerabt. 207. Deze groep, die niet onder C.-207 Div. ressorteerde, was geheel gemotoriseerd en moest uit Bocholt over Aalten en Lichtenvoorde naar Groenlo oprukken, ten einde de weg voor de snelle groep zuid van 227 Div. te openen. (Oberst von Oesterreich, C-I.R. 368). I.R. 368 (min een compagnie en een sectie) en twee radiogroepen van de Vbd. A. 207. Bovendien een gemotoriseerde afdeling onder de commandant van II/S.S. d. F. majoor von Scholtz, bestaande uitII/S.S. d. F., St. en 10/IV/A.R. 256,3/Pionier- bat. 651, een versterkte Comp. van I.R. 368 en een sectie inf. geschut van 14/1.R. 368. De versterkte Comp. werd vervoerd op de eveneens ingedeelde Brugcolonne 1/410. Deze groep moest, met de gemotoriseerde Abt. von Scholtz vooruit, uit het gebied ten N.W. van Anholt, ten O. van de Oude IJssel over Terborg op Doesburg stoten (de gemotoriseerde afdeling buiten Doetinchem om), de IJsselbrug nemen en de hoogten west van Dieren - Ellecom nemen. 216 S.S. Standarte der Führer (S.S. d. F.). IV/A.R. 256 (min 12) 1). III/A.R. 311. Bmgcolonnes 1 en 2/410, 2/412 en 3/Pionierbat. 651. Pantsertrein Nr. 7 met troepentransporttremen Nrs. 7a en 7b. Leg erkorpsreserve Groep I.R. 368 0 Zie noot 2) op blz. 215. 2) Dit bataljon was dus onttrokken aan 227 Div. 3) Te vergelijken met de Nederlandse Artilleriemeetcompagnie.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1957 | | pagina 236