ting naar Velaines, 10 km ten Noordoosten van Doornik, marcheert. Hier wordt een kamp betrokken tussen Celles en Thimougies, over een front van 10 km. Daar nog rekening moet worden gehouden met ondernemingen van Vendome ten Westen van de Schelde, blijft de brigadier Zieten met een brigade en i 2 stukken bij de bruggen achter, en DomprÈ met 18 eskadrons bij Espierre. In het kamp van Velaines sluit Salisch zich met zijn korps van 24 eskadrons en 28 bataljons bij de hoofdmacht aan. Kortrijk wordt verlaten en het garnizoen eveneens bij de hoofdmacht gevoegd. Voor het beleg van Ath wordt een nieuw korps geformeerd onder Ouwerkerk, ter sterkte van 40 bataljons en 32 eskadrons. De luitenant-generaals Ingolsby, Heukelom, Dedem en Rantzau, voorts acht generaal-majoors en negen brigadiers voeren onder de veldmaarschalk het bevel. Bij dit korps zijn ook de troepen, welke Dendermonde hebben belegerd, voor het merendeel ingedeeld; alleen het regiment van Sarablanca wordt tussen Gent en Wetteren achter de Schelde geposteerd, teneinde het Land van Waes tegen invallen van partijen te beveiligen. In het kamp van Velaines komen omstreeks de 10e uit de Franse grenssteden de eerste geruchten overwaaien van het ontzet van Turijn, dat de 7e der maand had plaats gevonden. Het duurde even wel tot de 18e eer een trompetter, uit het Franse kamp terugkeren de, genoegzame zekerheid kon verschaffen omtrent deze schitterende overwinning van Eugenius van Savoye, welke niet kon nalaten, ook op de andere krijgstonelen haar invloed te doen gelden. In ieder geval zou zij het moreel ten goede komen, want hoever de verschil lende oorlogstonelen geografisch onderling ook verwijderd waren, wij vinden toch telkens de bewijzen, dat men in de gelederen de oorlog als een geheel beschouwde en wel degelijk belangstelling had voor hetgeen op andere fronten voorviel. De 15e September komt Ouwerkerk met enige eskadrons voor Ath om de plaats te berennen en voorlopige verkenningen te ver richten; de volgende dag volgt het eigenlijke insluitingsleger en wordt de omsingeling voltooid. De van Dendermonde afkomstige troepen hebben zich intussen over Aalst en Grammont bij het be legeringskorps aangesloten. Intussen heeft het hoofdleger de 14e zijn definitieve observatie stelling ingenomen. Marlborough vestigt die dag zijn hoofd kwartier te Grand Metz; het kamp strekt zich over een front van ongeveer twee uur gaans uit van Leuze aan de Dender tot Frasnes. Het front is dus naar de zijde van Doornik gericht. 118

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 142