schijnt het toch wel duidelijk, dat men Peterborough, ondanks de dapperheid en energie welke hij bij tijd en wijle ontplooide, niet tot de goede veldheren moet rekenen. Zijn loopbaan vertoont een af wisseling van schitterende krijgsdaden en zonderlinge nalatigheden, helder inzicht ener- en grove misslagen anderzijds. Derhalve geen veldheer, aan wie een regering gaarne het lot harer troepen in han den geeftniets is dan ook begrijpelijker, dan dat Marlborough en de regering te Londen het vertrouwen in deze onberekenbare stra teeg op den duur verloren1). Een groot deel van de eer der overwinning, immers zo mag men het ontzet van Barcelona wel noemen, komt ongetwijfeld toe aan Karel iii. Niet alleen zijn bezielend voorgaan bij het werken aan de wallen en retranchementen en de durf, waarmee hij zich op de ge vaarlijkste plaatsen blootstelde, maar vooral ook door zijn volstandige weigering, ondanks veler aandringen, om de stad te verlaten, en zijn lot van dat der burgers te scheiden. Zelden heeft dan ook een bevol king met meer geestdrift voor een vorst gestreden dan die van Bar celona voor de adspirant-koning Karel van Habsburg. De indruk, welke de tijding der gebeurtenissen in Europa maakte was niet gering. In de Nederlanden werd zij enkele dagen vóór die van Ramillies ontvangen. Voor Lodewijk xiv was zij de eerste van de lange reeks van jobstijdingen, welke het hof van Versailles in dit rampspoedige jaar zouden bereiken. Niet minder geweldig was de geestdrift ener- de verslagenheid anderzijds, die het gebeurde in het Iberisch schiereiland verwekte. Indien ooit, dan stonden thans de kansen voor Habsburg schoon, de Bourbons voor goed uit Spanje te verdrijven. Dit zal nog duidelijker worden wanneer wij de loop der gebeurtenissen in het AVestelijk deel van het schiereiland in be schouwing nemen. Hier was Berwick, die het vorig jaar een politiële taak in de Ce- vennes had gehad, thans wederom met het opperbevel belast. Wegens de sterke krachten, welke in Aragon en Valencia werden ingezet, beschikte hij slechts over weinig troepen. Pogingen, om althans de aan de Portugese grenzen staande strijdkrachten onder zijn comman do te verenigen waren afgestuit op de onwil van de hertog van Icar, die in Galicië- en van de markies van Villadarias, die in Andalusië met een legertje stonden en van dit bezit geen afstand wensten te doen. Een karakterbeschrijving van Peterborough o.a. in Trevelyan, 'Ramillies' p. 6£-66; Churchill II, I£8-l62. Opmerking verdient, dat ook Palm hem een belangrijk aandeel toekent aan de goede afloop van het beleg van Barcelona, in zijn brief aan de St.Gl. van 12 Mei 1706 (zie Bijlage 24). 144

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 168