drons dragonders wordt opgegeven, bij Verona aangekomen. De 17e verenigde hij zich bij Valeggio met een kleiner keizerlijk korps onder de generaal Wetzel. Over beide nam de erfprins het bevel op zich, waarna hij over 11 000 man en 3000 beredenen beschikte. De eensgezindheid tussen de aanvoerders liet echter menigmaal te wensen over. De taak van het korps was, door aanvallend optreden zoveel doenlijk Franse strijdkrachten ten Noorden van de Po vast te houden, en zodoende een concentratie der vijandelijke krachten tegen Eugenius te verhinderen. Terwijl Hessen-Kassel een leger plaats bij Volta had betrokken, nam generaal Wetzel de 19e Goito in. Medavi betrok de 20e een gunstige stelling bij Castellucchio. Een de 24e door de geallieerden ondernomen poging om de vijand te overvallen mislukte ten gevolge van onweer en stortregen. Daarop wordt besloten tot het beleg van Castiglione, welke stad 1 September wordt ingesloten en zonder veel moeite genomen. Het kasteel bleef evenwel weerstand bieden en daar de belegeraars niet over zwaar geschut beschikten, was het voorlopig niet te vermees teren. Medavi rukte van zijn kant, na zijn macht tot 10 000 man en 3000 ruiters te hebben versterkt, de 8e September tot ontzet op. Hessen-kassel besluit hierop, met achterlating van £00 man voor het kasteel, de vijand tegemoet te gaan. Dit leidde de volgende dag tot een treffen bij Castiglione delle Stiviere, waarvan het verloop als volgt kan worden weergegeven. Beide legers marcheren, in een open en goed begaanbare vlakte, in slagorde tegen elkaar op, waarna Medavi de aanval der geallieerden afwacht. De slagorde was bij beiden volgens het gangbare schema ge formeerd, dus op twee linies met de cavalerie over de vleugels ver deeld. Medavi had echter bovendien een klein 'corps de reserve' in derde linie, dat, hoewel het slechts uit 2 bataljons en 200 ruiters bestond, goede diensten zou bewijzen. De wederzijdse opstelling toch was zodanig, dat Medavi's cavalerie op zijn linkervleugel die der tegenpartij overvleugelde, terwijl die der geallieerden het zelfde deed ten opzichte van de (Franse) rechtervleugel. Medavi voorzag hierin door vier eskadrons van de tweede linie meer naar rechts te doen opschuiven, en tevens zijn reserve naar het bedreigde punt te zenden. Op dit ogenblik het was een uur na de middag begon de slag. Op de Franse rechtervleugel streed de geallieerde cavalerie aanvan kelijk met voordeelde juist genoemde eskadrons der tweede linie werden teruggedreven. Die der eerste linie d. e. t. weerstonden de charge, dank zij het vuur van afdelingen grenadiers, welke tussen de 165

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 191