De stoutmoedige mars van de tegenstander maakte ongetwijfeld indruk in het geallieerde kamp. Het werd duidelijk, voor zover men het nog niet wist, dat de Fransen thans een aanvoerder van ander kaliber hadden dan Villeroy. De vraag was natuurlijk, wat Vendome met zijn mars voor had. Mogelijk een beleg van Hoey. Hiervoor had hij reeds demonstratief geschut te Namen laten inschepen. Een tweede mogelijkheid was een aanslag, uit Oostelijke of Zuidoostelijke richting, op Brussel of Leuven. De stemming was hier sinds het vorig jaar ten nadele der bezetters, dus van Karel iii, omgeslagen en de onlangs vernomen tijding van de Franse overwinning bij Almansa had het vertrouwen in de Habsburgse zaak nog meer aan het wankelen gebracht. Had Vendome het op een dezer zwak versterkte steden gemunt, dan betekende de mars naar de Piéton tevens de inleiding tot een ge vaarlijke omtrekking. Marlborough liet dan ook, nog de 26e, het garnizoen van Brussel met 600 beredenen en enige bataljons infanterie, die naar het leger op weg waren, versterken1). Als tegenmaatregel lag voor de hand: door op Ni velles te mar cheren, zich tussen de vijand en het hart des lands te plaatsen. Dit beduidde een flankmars, waarbij nabij Arquennes de Sennette moest worden overgetrokken, en een ondernemend tegenstander, als de maarschalk reeds was gebleken te zijn, kon hierbij de leiding wel eens voor moeilijke tactische vraagstukken plaatsen. Het enige alternatief was echter de terugtocht naar Hal en verder Noordelijk naar Brussel en omgeving, om vandaaruit een nieuwe stelling te kiezen. Het passeren van de Sennette bij Arquennes werd verworpen als te riskant, te meer omdat men, gelijk de kaart uitwijst, behalve de Sennette nog een zijtak van dit riviertje zou moeten overgaan. De overgang werd daarom 'seer exactelyck' verkend bij het Noordelijker gelegen Ronquières, door Cadogan en de luitenant-kwartier meester-generaal Meunier. Zij bleek echter 'tout a fait impraticable', naar Ouwerkerk be richt 'om de difficulteyt van de rivier te passeren alsmede om de nauwe en quade situatie van het terrain aldaer'. Pelet, de enige bron aan Franse zijde over deze zaak, zegt wel dat Vendome de mars op Nivelles had verwacht, doch van aanvals plannen in de richting van Arquennes blijkt niets; integendeel heet het daar: 'II se proposait, dans le cas qu'ils prissent ce parti, d'aller Marlborough aan Harley en aan Churchill, bij Murray III-381'82. 192

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 218