standpunt uiteen van geen slag te wagen. 'Thay have more batalions then wee, but ours are stronger. Upon the whole I believe our army is stronger then theirs, but considering the cercomstances of France, which I take to be in a much worse condition then ours, I shal not be for venturing unless we have the advantage on our side, in order to which wee must lose no time in taking an advantagious camp near them, which will also have the good effect of dishartning their army and incoraging our own; besides itt will hinder them from ravaging the country, which otherways thay must do, their army being ill paid'. Verder geeft hij nog eens de verzekering, dat hij niet voornemens is, slag te leveren ('to venture'), doch ter wille van het moreel moeten wij, zo zegt hij, 'act with some vigor'. Hier dus niets over de gedeputeerden. In Engeland is Marlborough echter niet op een reputatie van voorzichtigheid gesteld. Van zijn schrijven aan Heinsius zendt hij een afschrift aan Godolphin, bij de bovengenoemde brief van 30 Mei, en hierin licht hij tevens het schrijven aan de raadpensionaris toe. De 'true meaning' er van, zo zegt hij, is, te voorkomen, dat de Staten orders aan de gedeputeerden geven, die alle mogelijkheid tot het behalen van voordeel uitsluiten. Curieus in deze brief is nog het volgende: 'I take care not to let the army know that the dutch are not willing to venture, since that must have an ill effect; and tho' it be a very unpleasant thing not to have full power at the head of an army, yet I do please myself that I shall do some considerable service this campaign; for I do believe we shall find the elector and M. Vendóme grow insolent, by which they will either attack, or give me occasion of attacking them'. Terwijl Marlborough aldus zijn rol speelt van strijdlustig, doch in zijn bewegingsvrijheid belemmerd en in zijn macht besnoeid veldheer, willen wij thans zien hoe de houding van Heinsius en de Staten bij dit alles was. Heinsius antwoordt op de genoemde brief van 30 Mei: 'Je croye que V. A. a raison de ne vouloir pas trop hazarder, puisque par le hazard nous pourions beaucoup plus perdre que nostre ennemy, paree que l'assiette (het terrein) n'est pas égale de part et d'autre, et nous nous pourons fortifier encore par le temps'. Dit laatste slaat op een onlangs in dienst genomen Saksisch contingent en het Hannoverse regiment van Bothmer, dat men nog verwachtte. In zoverre waren beiden het dus geheel met elkaar eens x). -1) Marlborough aan Heinsius 30 Mei, bij V. 't Hoff n ji6; Heinsius aan Marlborough id. £17; Marlborough aan Godolphin 30 Mei, bij Churchill II-239. 195"

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 221