nécessité que l'intention de nos maitres n'est pas de hasarder beaucoup, que la dessus il formera des desseins qu'il pourroit n'avoir pas encore lui mesme (l'intention) d'exécuter, et dont il remettroit alors le blame sur l'Estat; au moins pourroit il faire facilement le brave quand il scaura qu'il sera retenu'. Gelder- malsen had sedert het begin van de oorlog met de hertog samen gewerkt, en kende zijn Pappenheimers zo ongeveer. Wat de gedeputeerden voorspelden is bewaarheid geworden. Goslinga zegt dienaangaande: 'Aussi en arrivat-il comme nous avions prédit. Le Due ne voulut pas se prevaloir de deux trés bonnes occasions, comme on voit dans ces Anecdotes, et en jetta la faute sur les Deputes, qui par ordre de leurs maitres l'avoient empeché d'agir au commencement de la Campagne' 1). Het is echter onjuist, wanneer Goslinga spreekt van 'des ordres positifs de nos maitres de ne rien risquer'. Dit blijkt, wanneer wij de secrete resolutie van i Juni nader bezien. Zij draagt de titel: 'Resolutie voor de Heeren Gedeputeerden te Velde over de operatiën van het leger met relatie van een generael engagement'. Ontdaan van de gebruikelijke omhaal van woorden komt de inhoud neer op het volgende. Verwijzing naar de allerwege bestaande toestand van onzekerheiduit Spanje zijn nog geen stellige berichten omtrent de gevolgen van de slag bij Almansa; uit Duits land aangaande het forceren (door Villars op 2 2 en 23 Mei) van de linies van Stolhofen; in Italië staan de operaties tegen Toulon te beginnen. In de Zuidelijke Nederlanden steunen de Fransen op een reeks van vestingen en liniesde Brabantse steden daarentegen liggen open, en de bevolking is 'nae allen schijn meer tot de vijanden als tot de Geallieerden genegen'de Fransen zijn aan cavalerie supe rieur; overigens zijn de legers 'aen den anderen gebalanceert' Daarom schijnt 'voor het tegenwoordige het hazard aen dese kant groter te wesen als aen de zijde des vijands'. Daarentegen schijnt de tijd meer voordeel aan ons dan aan de vijand te kunnen brengen; de vijand toch heeft veel slecht betaalde troepen en veel nieuw- geworven volk; er is dus aan zijn zijde veel verloop te wachten. De resolutie vervolgt dan: 'dat haer H. M. daarom vermeynen, dat men niet als met veel omsichticheijt ende circumspectie tot een generael engagement behoort te komen, maar diesniettemin geen slapheijt noch timiditeijt behoort te doen blijeken, nochte eenigh avantage te werden versuijmt, ingevalle men de vijanden met apparentie van succes soude kunnen aentasten, waervan het oordeel x) Goslinga, Mem8 3^. Voor de brief van Geldermalsen, zie Bijlage 27. 197

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1959 | | pagina 223